ECLI:NL:RVS:2006:AV2954
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- W.C.E. Hammerstein-Schoonderwoerd
- F.B. van der Maesen de Sombreff
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een vergunning voor het inzamelen van textiel door de gemeente Meerssen
In deze zaak heeft de Raad van State op 24 februari 2006 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot de afwijzing van een vergunning voor het inzamelen van textiel. Verzoeker, de rechtspersoon 'Kleding Hergebruik Centrum Nederland Limited', had op 22 december 2005 een vergunning aangevraagd bij het college van burgemeester en wethouders van Meerssen. Deze aanvraag werd echter afgewezen, wat leidde tot bezwaar van verzoeker. Op 9 januari 2006 heeft verzoeker de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening, welke aanvraag op 20 januari 2006 door de rechtbank Maastricht naar de Raad van State is doorgezonden.
Tijdens de zitting op 14 februari 2006 heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State de zaak behandeld. Verzoeker betoogde dat het besluit tot afwijzing onbevoegd was genomen, aangezien het hoofd van de afdeling Bouwen en Milieu het besluit had ondertekend zonder rechtsgeldige grondslag. De verweerder erkende dit ter zitting, wat leidde tot de conclusie dat het besluit inderdaad onbevoegd was genomen.
Daarnaast stelde verzoeker dat er geen vergunning nodig was, omdat het ingezamelde textiel niet als afvalstof kon worden aangemerkt. De Voorzitter oordeelde echter dat het textiel, dat afkomstig was van particuliere huishoudens en na inzameling aan een sorteerbedrijf werd geleverd, wel degelijk als afvalstof moest worden beschouwd. Dit was gebaseerd op de definitie van afvalstoffen in de Wet milieubeheer, die stelt dat stoffen die de houder zich ontdoet, als afvalstoffen worden aangemerkt.
De Voorzitter heeft uiteindelijk besloten om het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Meerssen te schorsen en verweerder te veroordelen tot vergoeding van de proceskosten en het griffierecht aan verzoeker. Deze uitspraak benadrukt de noodzaak van een rechtsgeldige grondslag voor besluiten en de toepassing van de Wet milieubeheer in de context van inzameling van textiel.