ECLI:NL:RVS:2005:AU4140

Raad van State

Datum uitspraak
4 oktober 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
200506265/2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • J.C.K.W. Bartel
  • B.C. Bošnjaković
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Recreatiegebied Elsweg Noordwolde

Op 4 oktober 2005 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot het bestemmingsplan "Recreatiegebied Elsweg Noordwolde". Dit bestemmingsplan, vastgesteld door de gemeenteraad van Weststellingwerf op 31 januari 2005, maakt de bouw van maximaal 21 vrijstaande recreatiewoningen mogelijk aan de Elsweg. Verzoeker, die zich niet kan verenigen met het plan, vreest dat de verkeerssituatie op de Elsweg door de bouw van deze woningen nog gevaarlijker wordt. Hij heeft daarom verzocht om een voorlopige voorziening om te voorkomen dat het bestemmingsplan in werking treedt.

De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft het verzoek op 23 september 2005 ter zitting behandeld. Verzoeker was in persoon aanwezig, terwijl de verweerder, het college van gedeputeerde staten van Fryslân, vertegenwoordigd was door drs. L. Hacquebord. Ook het college van burgemeester en wethouders van Weststellingwerf en een belanghebbende waren aanwezig. De Voorzitter heeft overwogen dat de verkeerssituatie op de Elsweg moet worden verbeterd, maar dat verzoeker niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bouw van de recreatiewoningen directe invloed zal hebben op de verkeersveiligheid. De verkeersveiligheid wordt vooral bedreigd door het parkeergedrag van weggebruikers en niet door het bestemmingsplan zelf.

Gelet op deze overwegingen heeft de Voorzitter geconcludeerd dat het verzoek om een voorlopige voorziening moet worden afgewezen, omdat niet verwacht wordt dat het bestreden besluit in de hoofdzaak niet in stand zal blijven. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 4 oktober 2005.

Uitspraak

200506265/2.
Datum uitspraak: 4 oktober 2005
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[verzoeker], wonend te [woonplaats],
en
het college van gedeputeerde staten van Fryslân,
verweerder.
1.    Procesverloop
Bij besluit van 31 januari 2005 heeft de gemeenteraad van Weststellingwerf het bestemmingsplan "Recreatiegebied Elsweg Noordwolde" vastgesteld.
Bij besluit van 7 juni 2005, kenmerk 602175, heeft verweerder beslist over de goedkeuring van dit plan.
Tegen dit besluit heeft verzoeker bij brief van 15 juli 2005, bij de Raad van State ingekomen op 19 juli 2005, beroep ingesteld.
Bij deze brief heeft verzoeker de Voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De Voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 23 september 2005, waar verzoeker, in persoon, en verweerder, vertegenwoordigd door drs. L. Hacquebord, ambtenaar van de provincie, zijn verschenen. Voorts zijn als partij gehoord het college van burgemeester en wethouders van Weststellingwerf, vertegenwoordigd door P.M. van den Berg, ambtenaar van de gemeente, en [belanghebbende], vertegenwoordigd door [directeur].
2.    Overwegingen
2.1.    Het oordeel van de Voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.2.    Op 1 juli 2005 zijn de Wet uniforme openbare voorbereidingsprocedure Awb en de Aanpassingswet uniforme openbare voorbereidingsprocedure Awb in werking getreden. Uit het daarbij behorende overgangsrecht volgt dat het recht zoals dat gold vóór de inwerkingtreding van deze wetten op het geding van toepassing blijft.
2.3.    Het bestemmingsplan maakt de bouw van maximaal 21 vrijstaande recreatiewoningen mogelijk aan de Elsweg.
2.4.    Verzoeker kan zich niet met het plan verenigen, in het bijzonder omdat hij vreest dat de verkeerssituatie op de Elsweg door de bouw van 21 recreatiewoningen nog gevaarlijker wordt dan hij nu al is. Hij heeft een voorlopige voorziening gevraagd om te voorkomen dat het bestemmingsplan in werking treedt.
2.5.    Verweerder heeft het plan niet in strijd geacht met een goede ruimtelijke ordening en heeft het goedgekeurd.
2.6.    De Elsweg heeft een breedte van ongeveer vijf meter en dient als ontsluiting van diverse recreatieve voorzieningen en woningen. Niet in geschil is dat de verkeerssituatie op de Elsweg moet worden verbeterd. Volgens het advies van 3VO van 16 juni 2005 kunnen weggebruikers thans niet op een veilige manier van de rijbaan gebruik maken. Een van de redenen daarvoor is een gebrek aan parkeerplaatsen op drukke dagen, waardoor het parkeerverbod aan de oostzijde van de Elsweg veelvuldig wordt overtreden en aan twee zijden van de weg wordt geparkeerd. Voorts wordt vaak te hard gereden.
Verzoeker heeft evenwel niet aannemelijk gemaakt dat de bouw van maximaal 21 recreatiewoningen directe invloed zal hebben op de verkeersveiligheid op de Elsweg. Uit het advies van 3VO is af te leiden dat de capaciteit van de rijbaan toereikend is voor het verkeersaanbod. De verkeersveiligheid wordt met name bedreigd door het parkeergedrag. Bij de recreatiewoningen zal op eigen terrein in parkeergelegenheid worden voorzien, zodat op grond daarvan geen invloed op de parkeerdruk behoeft te worden verwacht. Mitsdien wordt de verkeersveiligheid niet zozeer bepaald door hetgeen dit bestemmingplan mogelijk maakt, maar door de verkeersmaatregelen. Verkeersmaatregelen en de handhaving daarvan zijn in deze procedure echter niet aan de orde.
2.7.    Gelet op het vorenstaande verwacht de Voorzitter niet dat het bestreden besluit vanwege de gevolgen voor de verkeersveiligheid op de Elsweg in de hoofdzaak niet in stand zal blijven en wijst hij het verzoek af.
2.8.    Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3.    Beslissing
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. J.C.K.W. Bartel, Voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. B.C. Bošnjaković, ambtenaar van Staat.
w.g. Bartel    w.g. Bošnjaković
Voorzitter    ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 4 oktober 2005
410.