ECLI:NL:RVS:2005:AU1402
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek
- R.H.L. Dallinga
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake de aanwijzing van een graansilo als beschermd Rijksmonument
In deze zaak heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 18 augustus 2005 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening. Het verzoek is ingediend door de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, die op 19 oktober 2001 een graansilo van Cehave Landbouwbelang Voeders B.V. heeft aangewezen als beschermd Rijksmonument op basis van de Monumentenwet 1988. Cehave heeft bezwaar gemaakt tegen deze aanwijzing, dat op 22 juli 2004 ongegrond werd verklaard door de Staatssecretaris. Hierop heeft Cehave beroep ingesteld bij de rechtbank 's-Hertogenbosch, die op 29 april 2005 het beroep gegrond verklaarde en de beslissing op bezwaar vernietigde.
Tegen deze uitspraak heeft de Staatssecretaris hoger beroep ingesteld bij de Raad van State, en verzocht om een voorlopige voorziening. De Voorzitter heeft het verzoek op 11 augustus 2005 ter zitting behandeld, waarbij zowel de Staatssecretaris als Cehave vertegenwoordigd waren. De Voorzitter heeft overwogen dat het oordeel voorlopig is en niet bindend in de bodemprocedure. De Voorzitter heeft vastgesteld dat er veel werkzaamheden nodig zijn voor een nieuwe beslissing op bezwaar, en dat Cehave geen spoedeisend belang heeft gesteld bij een nieuwe beslissing. Gezien het belang van de Staatssecretaris om het hoger beroep af te wachten, heeft de Voorzitter besloten het verzoek om een voorlopige voorziening toe te wijzen.
De beslissing houdt in dat de Staatssecretaris geen nieuwe beslissing op het bezwaar van Cehave hoeft te nemen totdat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken op 18 augustus 2005.