ECLI:NL:RVS:2005:AU1119
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek
- R.H.L. Dallinga
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake planschadevergoeding door de gemeente Meerssen
In deze zaak heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 12 augustus 2005 uitspraak gedaan op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening. Het verzoek was ingediend door de gemeente Meerssen, die eerder een verzoek om planschadevergoeding van de wederpartijen had afgewezen. De wederpartijen, wonend te [woonplaats], hadden bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing, wat leidde tot een uitspraak van de rechtbank Maastricht op 6 juni 2005. De rechtbank verklaarde het beroep van de wederpartijen gegrond en vernietigde de beslissing op bezwaar van de gemeente, waarbij de gemeente werd opgedragen een nieuw besluit te nemen.
Tegen deze uitspraak heeft de gemeente hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De Voorzitter heeft het verzoek op 11 augustus 2005 ter zitting behandeld, maar partijen zijn niet verschenen. De Voorzitter overwoog dat het verzoek geen verdere strekking had dan te bepalen dat de gemeente in afwachting van de uitspraak op het hoger beroep geen nieuwe beslissing op bezwaar hoeft te nemen. De wederpartijen hadden immers schriftelijk meegedeeld dat zij instemden met uitstel van de beslissing totdat de Afdeling uitspraak had gedaan op het hoger beroep.
Gelet op deze instemming was er voor de gemeente geen verplichting om een nieuw besluit te nemen, waardoor het verzoek om voorlopige voorziening geen belang meer had. De Voorzitter heeft het verzoek dan ook afgewezen. De uitspraak werd gedaan door mr. C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek, Voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. R.H.L. Dallinga, ambtenaar van Staat.