ECLI:NL:RVS:2004:AQ7488
Raad van State
- Hoger beroep
- B.J. van Ettekoven
- P. Lodder
- Rechtspraak.nl
Weigering bouwvergunning voor duivenhok door college van burgemeester en wethouders van Kampen
In deze zaak heeft het college van burgemeester en wethouders van Kampen op 5 september 2002 een bouwvergunning geweigerd voor de bouw van een duivenhok op een perceel in Kampen. Appellant, de aanvrager van de vergunning, heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar het college verklaarde dit bezwaar op 8 april 2003 ongegrond. Vervolgens heeft de rechtbank Zwolle op 17 december 2003 het beroep van appellant tegen deze beslissing ook ongegrond verklaard. Appellant heeft hierop hoger beroep ingesteld bij de Raad van State, waarbij hij zijn gronden heeft aangevuld in brieven van 27 januari en 25 februari 2004.
De Raad van State heeft de zaak behandeld op 13 juli 2004, waarbij appellant werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. S.P.M. Schaap, en het college werd vertegenwoordigd door mr. S. Kroes-Bergman. De Raad overwoog dat het bouwplan, dat al was gerealiseerd, een duivenhok van ongeveer 34 m2 betrof. Appellant stelde dat het college ten onrechte geen vrijstelling had verleend, omdat hij gerechtvaardigd vertrouwen had dat het bestemmingsplan de bouw niet in de weg stond. De Raad oordeelde echter dat appellant niet aannemelijk had gemaakt dat er sprake was van gerechtvaardigd vertrouwen. Het college had terecht aangegeven terughoudend te zijn met het verlenen van toestemming voor extra bijgebouwen in het buitengebied.
De Raad van State bevestigde de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het hoger beroep ongegrond. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in naam der Koningin en openbaar uitgesproken op 25 augustus 2004.