ECLI:NL:RVS:2004:AO8963
Raad van State
- Hoger beroep
- M. Vlasblom
- H.G. Lubberdink
- J.E.M. Polak
- J.M.J.W. Dreessen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake asielaanvraag en gezondheidsrisico's onder artikel 3 EVRM
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage, nevenzittingsplaats Zutphen, die op 17 oktober 2003 haar beroep tegen de afwijzing van haar asielaanvraag ongegrond verklaarde. Appellante, die besmet is met het HIV-virus en onder specialistische behandeling staat, heeft in haar aanvullend beroepschrift melding gemaakt van haar gezondheidssituatie. De rechtbank heeft echter haar beroep op artikel 3 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) ten onrechte in strijd met de goede procesorde geacht, omdat appellante reeds vóór de zitting had aangegeven dat haar gezondheidssituatie van belang was voor haar asielaanvraag.
De Raad van State oordeelt dat de rechtbank ten onrechte voorbij is gegaan aan de feiten die appellante had aangevoerd. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft vastgesteld dat de rechtbank, gelet op artikel 8:69, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), ambtshalve de rechtsgronden had moeten aanvullen. De Raad vernietigt de uitspraak van de rechtbank en wijst de zaak terug naar de rechtbank voor verdere behandeling, waarbij de rechtbank ook moet oordelen over de proceskosten in de zaak.
De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige behandeling van asielaanvragen, vooral wanneer de gezondheid van de aanvrager in het geding is. De Raad van State heeft de kosten van de behandeling van het hoger beroep vastgesteld op € 322,00, maar laat de beslissing over de vergoeding van deze kosten aan de rechtbank over.