ECLI:NL:RVS:2004:AO6147
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- E.M.H. Hirsch Ballin
- M.M. van Driel
- Rechtspraak.nl
Goedkeuring van het Acceptatiereglement Baggerspecieberging Kaliwaal en de toetsing aan Europese richtlijnen
In deze zaak heeft de Raad van State op 15 maart 2004 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot de goedkeuring van het Acceptatiereglement Baggerspecieberging Kaliwaal. De stichting 'Stichting Behoud Leefmilieu en Natuur Maas en Waal' heeft bezwaar gemaakt tegen de goedkeuring die door het college van gedeputeerde staten van Gelderland is verleend aan de rapporten en reglementen die zijn ingediend door Delgromij B.V. De stichting stelt dat de goedkeuring niet in overeenstemming is met de Europese Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn, omdat deze niet zijn getoetst aan de goedkeuring van het acceptatiereglement.
De Raad van State heeft vastgesteld dat de vergunning voor de stort van baggerspecie in de Kaliwaal op het moment van de beslissing onherroepelijk was. De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft geoordeeld dat de toetsing van het acceptatiereglement zich beperkt tot de voorschriften van de milieuvergunning en dat de toetsing aan de Europese richtlijnen niet op deze fase van de procedure van toepassing is. De Voorzitter heeft geen aanleiding gezien om het verzoek om een voorlopige voorziening toe te wijzen, omdat de goedkeuring van het acceptatiereglement niet onjuist was.
De uitspraak benadrukt het belang van de juiste toetsing van milieuvergunningen en de rol van Europese richtlijnen in het proces. De Raad van State heeft het verzoek van de stichting afgewezen en geen proceskostenveroordeling opgelegd, waarmee de goedkeuring van het acceptatiereglement in stand blijft.