ECLI:NL:RVS:2004:AO3401
Raad van State
- Eerste aanleg - meervoudig
- W.C.E. Hammerstein-Schoonderwoerd
- H. Borstlap
- P.C.E. van Wijmen
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de ontvankelijkheid van bezwaar tegen melding voor reparatie van landbouwvoertuigen
In deze zaak gaat het om de ontvankelijkheid van een bezwaar dat is ingediend door de appellant tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Wormerland. Bij publicatie op 1 oktober 2002 heeft verweerder de melding ingevolge het Besluit inrichtingen voor motorvoertuigen milieubeheer geaccepteerd voor het oprichten en de werking van een inrichting voor de reparatie van landbouwvoertuigen. Op 21 maart 2003 heeft verweerder het bezwaar van de appellant tegen deze melding niet-ontvankelijk verklaard. De appellant heeft hiertegen beroep ingesteld bij de Raad van State, waarbij hij zijn standpunt heeft toegelicht in een brief van 26 april 2003.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de zaak op 27 januari 2004 ter zitting behandeld. De Afdeling overweegt dat het systeem van de Wet milieubeheer in samenhang met de algemene maatregel van bestuur, zoals bedoeld in artikel 8.40, eerste lid, van de Wet milieubeheer, bepaalt dat het rechtsgevolg van een melding rechtstreeks voortvloeit uit dit systeem. Dit betekent dat het voor de rechtsgevolgen niet van belang is of het bevoegd gezag een beslissing heeft genomen over de acceptatie van de melding, noch of er bezwaren tegen deze beslissing zijn ingediend. De beslissing tot acceptatie van een melding is geen besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht en de wet verplicht niet tot het geven van een reactie op een dergelijke melding.
De Afdeling concludeert dat er geen rechtsmiddelen openstaan tegen de acceptatie van de melding en dat verweerder het bezwaar van de appellant terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. Het beroep van de appellant wordt ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan in naam der Koningin en openbaar uitgesproken op 11 februari 2004.