ECLI:NL:RVS:2002:AE4316
Raad van State
- Hoger beroep
- C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek
- P.A. Offers
- D.A.C. Slump
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen weigering vergunning voor sloop en herbouw woning
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van een appellant tegen de weigering van de dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Delfland om een vergunning te verlenen voor de sloop en herbouw van een woning. De dijkgraaf en hoogheemraden hebben op 6 december 1999 de vergunning geweigerd op basis van de Algemene Keur. Het bezwaar van de appellant tegen deze weigering werd op 3 juli 2000 ongegrond verklaard. De rechtbank te 's-Gravenhage heeft op 8 juni 2001 het beroep van de appellant tegen deze beslissing eveneens ongegrond verklaard. De appellant heeft vervolgens hoger beroep ingesteld bij de Raad van State, waarbij hij zijn gronden heeft aangevuld in brieven van 19 juli en 20 augustus 2001.
De zaak is behandeld op 30 mei 2002, waarbij de appellant werd bijgestaan door zijn advocaat en een bouwkundig adviseur. De dijkgraaf en hoogheemraden werden vertegenwoordigd door medewerkers van het hoogheemraadschap. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de argumenten van de appellant beoordeeld, maar kwam tot de conclusie dat deze een herhaling vormden van wat eerder in de rechtbank was aangevoerd. De rechtbank had terecht geoordeeld dat de eis om binnen een afstand van zes meter uit de oeverlijn niet te bouwen, door de dijkgraaf en hoogheemraden correct was gehandhaafd. De appellant kon niet aannemelijk maken dat er rechtens te honoreren toezeggingen waren gedaan die deze eis zouden uitsluiten.
De Raad van State heeft het hoger beroep ongegrond verklaard en de aangevallen uitspraak van de rechtbank bevestigd. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gedaan op 19 juni 2002.