ECLI:NL:RVS:2002:AE1508
Raad van State
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.A.E. van der Does
- R.W.L. Loeb
- J.H.B. van der Meer
- Rechtspraak.nl
Oordeel over de geldigheid van de kandidatenlijst van de Partij van de Arbeid voor de Tweede Kamerverkiezingen
In deze zaak, uitgesproken op 15 april 2002, heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State geoordeeld over het beroep van een appellant tegen het besluit van het hoofdstembureau voor de verkiezingen van de Leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Het geschil betreft de geldigheid van de kandidatenlijst van de politieke groepering 'Partij van de Arbeid', die op 5 april 2002 door verweerder is goedgekeurd. Appellant heeft op 6 april 2002 beroep ingesteld, dat op 8 april 2002 door de Raad van State is ontvangen. De zitting vond plaats op 11 april 2002, waar zowel appellant als vertegenwoordigers van verweerder en de Kiesraad aanwezig waren.
De appellant betoogde dat de kandidaat T. Netelenbos-Koomen, die op de kandidatenlijst onder nummer 6 staat, onterecht had ingestemd met haar kandidaatstelling, gezien haar sollicitatie naar de functie van Commissaris van de Koningin van Noord-Holland. De Afdeling overwoog dat de Kieswet een limitatieve opsomming bevat van gronden waarop een kandidaat van de lijst kan worden geschrapt. Aangezien geen van deze gronden van toepassing was, heeft verweerder terecht geen aanleiding gezien om de kandidaat van de lijst te schrappen.
De Afdeling heeft het beroep ongegrond verklaard en geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak benadrukt de strikte naleving van de Kieswet en de bescherming van de kandidatenlijst van politieke partijen in het kader van de verkiezingen.