ECLI:NL:RVS:2001:AE7141
Raad van State
- Hoger beroep
- R.W.L. Loeb
- H. Troostwijk
- M.G.J. Parkins-de Vin
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake afwijzing verblijfsvergunning asiel door Staatssecretaris van Justitie
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de president van de arrondissementsrechtbank te 's-Gravenhage, nevenzittingsplaats Haarlem, die op 2 augustus 2001 een aanvraag van de appellant om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afwees. De Staatssecretaris van Justitie had op 25 juli 2001 besloten om de aanvraag van de appellant af te wijzen. De appellant stelde dat de president ten onrechte had overwogen dat de procedure na het eerste gehoor in het aanmeldcentrum kon worden voortgezet zonder een voor appellant kenbare motivering van de procesbeslissing. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State overweegt dat de procesbeslissing geen zelfstandig rechtsgevolg in het leven roept en dat de staatssecretaris binnen 48 proces-uren kan afwijzen zonder schending van zorgvuldigheidseisen. De Afdeling concludeert dat de grief van de appellant niet kan slagen, omdat de president terecht heeft geoordeeld dat de staatssecretaris een zorgvuldige beoordeling van de asielaanvraag kon maken, ook zonder een algemeen ambtsbericht van de Minister van Buitenlandse Zaken over de situatie in Kameroen. De Afdeling bevestigt de uitspraak van de president, met verbetering van de gronden.