2.1. Op 20 december 1994 hebben gedeputeerde staten van Groningen vastgesteld de Uitkerings- en pensioenverordening leden van het dagelijks bestuur van de waterschappen in de provincie Groningen (hierna: de Verordening).
Ingevolge artikel 18 (voorzien van het kopje "Het recht op eigen pensioen"), eerste lid, heeft hij die ophoudt lid van het dagelijks bestuur te zijn, tenzij hij zonder onderbreking weer als zodanig optreedt, recht op pensioen ten laste van het waterschap indien hij op het tijdstip waarop hij ophoudt lid van het dagelijks bestuur te zijn, de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt.
Ingevolge het tweede lid heeft hij die ophoudt lid van het dagelijks bestuur te zijn vóór het bereiken van de leeftijd van 65 jaar recht op pensioen bij het bereiken van die leeftijd, tenzij hij op dat tijdstip weer lid van het dagelijks bestuur, is.
Ingevolge artikel 19 (voorzien van het kopje "Diensttijd vóór en vanaf 1 januari 1986") wordt, wanneer jaren doorgebracht als lid van het dagelijks bestuur zowel gelegen zijn vóór 1 januari 1986 als na 31 december 1985, over de dienstjaren gelegen vóór. 1 januari 1986 pensioen berekend volgens artikel 20 en over de jaren gelegen na 31 december 1985 pensioen berekend volgens artikel 2 1. De som van de aldus berekende pensioenen wordt als een eenheid toegekend. Ingevolge artikel 21 (voorzien van het kopje "Berekening van het eigen pensioen over de tijd na 31 december 1985"), eerste lid, is dit artikel uitsluitend van toepassing op pensioenberekeningen over dienstjaren gelegen na 31 december 1985.
Ingevolge het achtste lid, voor zover hier van belang, bedraagt het, pensioen voor ieder van de eerste vier voor pensioen tellende jaren als lid van het dagelijks bestuur 3,5% van de pensioengrondslag, en voor ieder overig jaar als lid van het dagelijks bestuur 1,75% van de pensioengrondslag.
Ingevolge artikel 71 (voorzien van het kopje "Herziening, wijziging en herstel"), eerste lid, herziet het dagelijks bestuur een door hem ter uitvoering van deze verordening genomen beslissing, indien: a. aan die beslissing een feitelijke onjuistheid ten grondslag ligt; b. na die beslissing blijkt dat aan die beslissing andere feiten ten grondslag dienen te worden gelegd. Ingevolge het tweede lid wijzigt het dagelijks bestuur de beslissing, rekening houdende met de gewijzigde feiten, indien na een beslissing van het dagelijks bestuur de feiten waarmede in die beslissing rekening is gehouden zodanig zijn gewijzigd, dat deze beslissing anders zou luiden als zij nog genomen zou moeten worden.
Ingevolge het derde lid, herstelt het dagelijks bestuur een door hem genomen beslissing omtrent toekenning - inbegrepen aanpassing op grond van artikel 58 - herziening, wijziging of betaalbaarstelling van een pensioen, indien daarin een onjuistheid, anders dan bedoeld in de vorige leden, voorkomt. Ingevolge het vierde lid, kan het dagelijks bestuur, indien 5 jaren zijn verstreken na de dagtekening van een overeenkomstig de vorige leden voor herziening, wijziging of herstel vatbare beslissing, die leden buiten toepassing laten. Ingevolge artikel 73 (met het kopje "Garantiebepating"), eerste lid, ontlenen zij die aan het Uitkerings- en pensioenreglement voorzitters waterschappen in de provincie Groningen (PB 48 van 1970, sedertdien gewijzigd) op 311 december 1991 recht op een uitkering of pensioen ontleenden, dan wel een uitkering of pensioen genoten, met ingang van 1 januari 1992 dienovereenkomstige rechten aan deze verordening.
Ingevolge het tweede lid worden de vanaf 1 januari 1986 toegekende pensioenen berekend op basis van de in het eerste lid bedoelde verordening zoals die tot die datum luidde, herberekend op grond van deze verordening, met dien verstande dat de pensioenbedragen, die in verband met deze 1 herberekening teveel blijken te zijn betaald, niet worden teruggevorderd.
Ingevolge artikel 79 (met het kopje "Inwerkingtreding"), eerste lid, treedt deze verordening in werking met ingang van de dag waarop zij is afgekondigd in tiet Provinciaal Blad en werkt zij terug tot 1 januari 1992. Ingevolge het tweede lid vervalt op het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening voor zover van toepassing het Uitkerings- en pensioenreglement voorzitters waterschappen in de provincie Groningen (PB 48 van 1970, sedertdien gewijzigd). Ingevolge artikel 44 van de Waterschapswet, zoals dat artikel, voor zover hier van belang, luidde per 1 januari 1992, genieten de leden van het dagelijks bestuur ten laste van het waterschap pensioen volgens bij provinciale verordening na overleg met de desbetreffende waterschapsbesturen te stellen regels.