ECLI:NL:RVS:2000:AA7739
Raad van State
- Eerste aanleg - meervoudig
- C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek
- E.C.R. Schut
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen bijdrage in bodemsaneringskosten door gemeente Gouda
In deze zaak hebben de burgemeester en wethouders van Gouda beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, waarin de bijdrage van de gemeente Gouda in de bodemsaneringskosten voor de jaren 1998 tot en met 2001 werd vastgesteld op f 4,00 per inwoner, per jaar. Dit besluit werd genomen door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland namens de Minister. De appellanten waren van mening dat de gemeente voor deze jaren geen bijdrage verschuldigd was en hebben bezwaar gemaakt tegen het besluit van 5 augustus 1999, waarin hun bezwaar ongegrond werd verklaard.
De Raad van State heeft de zaak behandeld op 13 juli 2000, waarbij de appellanten vertegenwoordigd waren door ambtenaren van de gemeente en de verweerder door ambtenaren van het ministerie. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft overwogen dat de mandaatverlening aan Gedeputeerde Staten door de Minister niet correct was, omdat dit het stelsel van politieke verantwoordelijkheid doorbrak. De Afdeling oordeelde dat de beslissing op bezwaar vernietigd moest worden, omdat verweerder niet had onderkend dat de gemeente Gouda geen bijdrage verschuldigd was voor de jaren 1998-2002.
De Raad van State heeft het beroep gegrond verklaard, het besluit van de Minister vernietigd en het besluit van Gedeputeerde Staten herroepen. Tevens is de Minister opgedragen om binnen acht weken na de uitspraak alsnog een beslissing te nemen op het verzoek van de gemeente Gouda. De proceskosten werden niet voor vergoeding in aanmerking gebracht. De uitspraak werd gedaan in naam der Koningin en is openbaar uitgesproken op 26 september 2000.