ECLI:NL:RBZWO:2003:AO1065
Rechtbank Zwolle
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Incidentele vordering tot tussenkomst in civiele procedure met betrekking tot goederenverkoop
In deze civiele procedure heeft de Rechtbank Zwolle op 31 december 2003 uitspraak gedaan in een incident tot tussenkomst door IMC Investments B.V. De rechtbank oordeelt dat de incidentele vordering niet tardief is, aangezien het schriftelijk debat tussen partijen nog niet was geëindigd op het moment van indienen. IMC Investments B.V. heeft voldoende belang bij de tussenkomst, omdat zij mogelijk rechthebbende is op goederen die door de curator en de bank zijn verkocht. De rechtbank verwijst naar een eerder arrest van de Hoge Raad, waarin is vastgesteld dat een partij voldoende belang heeft bij tussenkomst wanneer zij door een derde wordt aangesproken tot voldoening van een vordering. De rechtbank wijst de incidentele vordering toe en houdt de beslissing over de kosten aan tot de hoofdzaak. De procedure in de hoofdzaak en de procedure tussen IMC Investments B.V. en de curator en de bank zullen synchroon verlopen, met geplande termijnen voor verdere processtukken.