ECLI:NL:RBZWO:2003:AF9640
Rechtbank Zwolle
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van de arbeidsovereenkomst en ouderschapsverlof
In deze zaak heeft de kantonrechter op 4 juni 2003 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de besloten vennootschap B.V. Verzoekster en Gisela Verweerster. Verzoekster, vertegenwoordigd door mr. M. Bosma, heeft verzocht de arbeidsovereenkomst te ontbinden wegens een verandering in de omstandigheden, terwijl Verweerster, vertegenwoordigd door mr. A.M. Heijnen, dit verzoek heeft bestreden. De mondelinge behandeling vond plaats op 19 mei 2003, waarbij zowel de directeur als de adjunct-directeur van Verzoekster aanwezig waren, evenals Verweerster en haar gemachtigde.
Verweerster was sinds 1 april 2001 in dienst bij Verzoekster als verkoopadviseuse en had recht op ouderschapsverlof. Na haar zwangerschapsverlof heeft zij Verzoekster verzocht om haar arbeidsduur te verminderen van 5 naar 4 dagen per week, wat door Verzoekster werd afgewezen. Verzoekster stelde dat de werkdruk dit niet toeliet en dat er een verslechterde bedrijfseconomische situatie was, wat leidde tot de noodzaak om het aantal vertegenwoordigers te verminderen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat Verzoekster niet voldoende heeft aangetoond dat het ontslag van Verweerster gerechtvaardigd was. De rechter oordeelde dat Verweerster recht had op ouderschapsverlof en dat haar verzoek om de arbeidsduur aan te passen niet als een proefperiode kon worden beschouwd. De kantonrechter heeft het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst afgewezen en Verzoekster veroordeeld in de proceskosten van Verweerster, vastgesteld op € 360 voor het salaris van de gemachtigde.