ECLI:NL:RBZWO:2003:AF4987
Rechtbank Zwolle
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van achterstallig loon en vakantiedagen door werknemer tegen werkgever
In deze zaak vorderde eiseres, een voormalige werknemer, betaling van achterstallig loon en niet genoten vakantiedagen van gedaagde, haar voormalige werkgever. De kantonrechter heeft op 19 februari 2003 uitspraak gedaan in de Rechtbank Zwolle, sector kanton, locatie Lelystad. Eiseres, vertegenwoordigd door de Utrechtse Juristen Groep, stelde dat zij recht had op een bedrag van € 170,68 netto aan achterstallig loon en € 283,47 bruto aan niet genoten extra vakantiedagen, alsook een wettelijke verhoging en buitengerechtelijke incassokosten. Gedaagde, een vennootschap onder firma gevestigd te Lelystad, betwistte de vordering en voerde aan dat zij meer had betaald dan waar zij toe verplicht waren. De kantonrechter oordeelde dat gedaagde ten onrechte een bedrag van fl. 900,-- aan eerder gecompenseerde reistijd op de eindafrekening in mindering had gebracht. Dit leidde tot de conclusie dat gedaagde in totaal een nettobedrag van fl. 8.494,14 verschuldigd was, terwijl slechts fl. 8.118,- was betaald. De kantonrechter wees de vorderingen van eiseres toe, met uitzondering van de gevorderde buitengerechtelijke kosten, die als onvoldoende onderbouwd werden afgewezen. De wettelijke verhoging werd gematigd tot € 100,--. Gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten.