10.Beslissing
- verklaart het tenlastegelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 4.4 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart het bewezenverklaarde, voor zover dat bestaat uit de gedraging vermeld onder 5.3 het oordeel van de rechtbank onder a. op pagina 5 van dit vonnis niet strafbaar en ontslaat verdachte te dier zake van alle rechtsvervolging;
- verklaart het bewezen verklaarde voor het overige strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1:openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen en goederen;
feit 2:handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens enmunitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie III, meermalen gepleegd;
en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en
munitie, meermalen gepleegd;
feit 3:handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens enmunitie, meermalen gepleegd;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot
een taakstraf van 240 (tweehonderdveertig) uren;
- beveelt dat indien verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht,
vervangende hechteniszal worden toegepast van
120 (honderdtwintig) dagen;
- veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf van 2 (twee) maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 (twee) jaar;
- bepaalt dat deze straf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast, omdat verdachte voor het einde van de proeftijd de hierna vermelde voorwaarde niet heeft nageleefd;
- stelt als
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer] van € 908,21, waarvan € 408,21 aan materiële schade en € 500,00 aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente, vanaf 10 december 2022 tot aan de dag der voldoening;
- verklaart de benadeelde partij in het overige gedeelte van de vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat de vordering voor dat gedeelte bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht;
- bepaalt dat verdachte met de mededaders hoofdelijk aansprakelijk is voor het gehele bedrag;
- veroordeelt verdachte in de kosten van de benadeelde partij tot nu toe gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot nu toe begroot op nihil;
- legt aan verdachte de verplichting op aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer
[slachtoffer] , € 908,21 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente, vanaf 10 december 2022 tot aan de dag der voldoening;
- bepaalt dat bij niet betaling 18 dagen gijzeling kan worden toegepast, met dien verstande dat toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft;
- bepaalt dat verdachte met de mededaders hoofdelijk aansprakelijk is voor het gehele bedrag;
- bepaalt dat bij voldoening van de schadevergoedingsmaatregel de betalingsverplichting aan de benadeelde partij vervalt en omgekeerd;
- verklaart aan het verkeer onttrokken het volgende voorwerp:
- 1 STK Mes (omschrijving: G2535605).
Dit vonnis is gewezen door mr. T.M. Brouwer, voorzitter, mr. R. Combee en
mr. R.J.H. de Brouwer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S. Kroes, griffier,
en is uitgesproken ter de openbare zitting op 16 december 2025.
Bijlage I: De gewijzigde tenlastelegging
hij op of omstreeks 10 december 2022 te Giessen openlijk, te weten aan de Distributiestraat te Giessen, in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een persoon, te weten [slachtoffer] en/of een goed van die [slachtoffer] , te weten een of meerdere autoruit(en) door
- die [slachtoffer] meermalen, althans eenmaal met zijn vuist(en) en/of een wapenstok/ploertendoder, op zijn linkerarm en/of schouder en/of hoofd, althans het lichaam, te slaan en/of
- met een wapenstok/ploertendoder, althans met enig voorwerp, op een of meerdere ruit(en) van de personenauto van die [slachtoffer] , te slaan en/of
- meermalen, althans eenmaal, met een (doorgeladen) vuurwapen, gericht op die [slachtoffer] en/of in de richting van die [slachtoffer] en/of in de lucht, te schieten;
( art 141 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
2
hij op of omstreeks 11 december 2022 te [woonplaats] , gemeente Altena
een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te
weten:
- een revolver, van het merk Zoraki en/of
- een gaspistool, van het merk Umarex, type Walther P99 en/of
- een gaspistool, van het merk Umarex, type Smith & Wesson M&P 9c en/of
- 8 stuks munitie, kaliber 9mm en/of
- 52 stuks randvuur kogelpatronen, kaliber 6mm
zijnde een vuurwapen in de vorm van een geweer, revolver en/of pistool en/of munitie voorhanden heeft gehad;
( art 26 lid 1 Wet wapens en munitie )
3
hij op of omstreeks 11 december 2022 te [woonplaats] , gemeente Altena een wapen(s), van categorie I, onder 1° en/of 7°, te weten
- luchtdrukpistool, type Desert Eagle en/of
- luchtdrukgeweer, merk Swiss Arms,
voorhanden heeft gehad en/of heeft gedragen;
De in deze tenlastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voor zover daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde betekenis te zijn gebezigd.
( art 13 lid 1 Wet wapens en munitie )