4.2Schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel
De rechtbank is van oordeel dat op grond van het vonnis in de strafzaak aannemelijk is dat veroordeelde (hierna ook [veroordeelde] genoemd) wederrechtelijk voordeel heeft genoten uit het medeplegen van afleveren van ketamine zonder de daarvoor benodigde registratie. Veroordeelde heeft hierover een verklaring afgelegd, maar de rechtbank acht deze gelet op de bewijsmiddelen in het dossier ongeloofwaardig. De rechtbank gaat daarom voor de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel uit van het onderstaande, waarbij zij zich heeft gebaseerd op de hierna genoemde bewijsmiddelen, die aan dit vonnis zijn gehecht.
Ketaminetransporten
De rechtbank acht het medeplegen van [veroordeelde] van het vijfmaal afleveren van ketamine bewezen. Daarbij gaat het om de transporten van 300 kg op 13 december 2022, 600 kg op 22 december 2022, 525 kg op 16 januari 2023, 425 kg op 25 januari en 525 kg op 27 januari 2023.
Uit de diverse lijstjes (onder andere de K(11).note ) die door [medeverdachte 2] via Exclu-berichten aan [medeverdachte 1 ] zijn verstuurd, valt af te leiden dat aan [veroordeelde] voor zijn bijdrage een beloning werd toebedeeld die voor drie rondes gelijkstond aan (de winst op) 15 kg ketamine en voor de laatste ronde aan (de winst op) 10 kg ketamine, waarbij die winst per kg € 1.250,- zou vertegenwoordigen.
Anders dan de politie en het Openbaar Ministerie zal de rechtbank echter niet van deze lijstjes en verdeling uitgaan bij het vaststellen van het door [veroordeelde] daadwerkelijk verkregen voordeel. Hieraan liggen de navolgende overwegingen ten grondslag.
Uitbetaalde winst
De rechtbank stelt op basis van de stukken in het dossier vast dat er ook daadwerkelijk winst aan ‘de boys’ is uitbetaald. Uit het document ket(1).note dat in een Exclu-bericht van 30 januari 2023 tussen [medeverdachte 1 ] en [medeverdachte 2] is verzonden, blijkt immers dat er is betaald aan de boys, oftewel ‘uitgedeeld’.
“Betaald aan boys:
Wat wij hebben uitgedeeld:
30 stuks [nickname 1] = 37.5k
20 stuks [nickname 2] = 25k
20 stuks [nickname 3] = 25k
20 stuks [nickname 4] = 25k
20 stuks [nickname 5] = 25k
10 stuks [nickname 6] = 12.5k
10 stuks [nickname 7] = 12.5k
= 162 500”
De rechtbank is van oordeel dat op grond van dit lijstje en deze chat kan worden vastgesteld dat deze bedragen daadwerkelijk aan ‘de boys’ zijn uitbetaald. Ondanks dat het dossier aanwijzingen bevat dat er eerder ook al zou zijn uitbetaald, en dat er hogere beloningen aan hen zijn toebedeeld, kan op grond van dit lijstje niet worden uitgesloten dat dit de totale uitbetaling is op dat moment voor de ketaminetransporten. Nu het doel van een ontnemingsvordering is te ontnemen wat daadwerkelijk aan wederrechtelijk verkregen voordeel is genoten, neemt de rechtbank dit lijstje als uitgangspunt.
Uit voornoemd lijstje blijkt dat onder ‘de boys’ een persoon aangeduid als ‘ [nickname 2] ’ valt. Uit de identificatie van de Exclu-accounts volgt dat [veroordeelde] de [accountnaam] had. De rechtbank leidt uit het hiervoor aangehaalde lijstje af dat met ‘ [nickname 2] ’ [accountnaam] en dus [veroordeelde] wordt bedoeld. Dat betekent dat aan [veroordeelde] € 25.000,- is betaald.
De rechtbank schat het wederrechtelijk verkregen voordeel daarom op
€ 25.000,-.