Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[betrokkene]
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 29 augustus 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete die aan betrokkene was opgelegd. Betrokkene had een boete ontvangen omdat hij als bromfietser niet het verplichte fiets/bromfiets pad had gebruikt op de Prins Hendrikstraat te Zevenbergen op 23 augustus 2023. Betrokkene heeft tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde, beroep ingesteld bij de kantonrechter. Tijdens de zitting heeft betrokkene zijn standpunt toegelicht, waarbij hij aanvoerde dat de boete niet redelijk was gezien de omstandigheden waaronder de gedraging had plaatsgevonden. Hij stelde dat het fietspad onveilig was en dat hij uit voorzorg op de rijbaan had gereden. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedraging inderdaad had plaatsgevonden, maar heeft ook rekening gehouden met de omstandigheden die betrokkene naar voren had gebracht. De kantonrechter oordeelde dat de boete terecht was opgelegd, maar dat er aanleiding was om de boete te matigen. De boete werd met de helft verlaagd, en de beslissing van de officier van justitie werd gewijzigd. Betrokkene kreeg het teveel betaalde bedrag terug.