ECLI:NL:RBZWB:2025:689

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
27 januari 2025
Publicatiedatum
10 februari 2025
Zaaknummer
C/02/431096 / FA RK 25-356
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • mr. Roose
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor een minderjarige met suïcidale gedachten

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 27 januari 2025 een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de voortzetting van een crisismaatregel voor een minderjarige, aangeduid als [betrokkene]. De rechtbank heeft de machtiging verleend op verzoek van de officier van justitie, die aangaf dat [betrokkene] zich onveilig voelt in haar thuissituatie en suïcidale gedachten heeft. De kinderrechter heeft de mondelinge behandeling met gesloten deuren gehouden, waarbij verschillende betrokkenen, waaronder de ouders van [betrokkene] en haar behandelaars, zijn gehoord.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel voor [betrokkene], waaronder levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel. De psychiater heeft aangegeven dat [betrokkene] al geruime tijd onder behandeling is en dat haar situatie zorgwekkend is, vooral gezien het feit dat zij geen veiligheidsafspraken meer kon maken. De ouders van [betrokkene] hebben hun twijfels geuit over de noodzaak van de opname, maar de kinderrechter heeft geconcludeerd dat de crisismaatregel noodzakelijk is om de veiligheid van [betrokkene] te waarborgen.

De kinderrechter heeft de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel verleend voor de duur van drie weken, met de mogelijkheid tot opname in een accommodatie en beperking van de bewegingsvrijheid. De rechtbank heeft benadrukt dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn en dat de verplichte zorg evenredig en effectief is. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid tot cassatie tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Middelburg
Zaaknummer: C/02/431096 / FA RK 25-356
Datum uitspraak: 27 januari 2025
Beschikking voortzetting crisismaatregel
op het verzoek van de officier van justitie voor
[betrokkene],
geboren op [geboortedag] 2009 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen [betrokkene] ,
wonend in [plaats] ,
advocaat mr. M.W. Dieleman te Middelburg.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De rechtbank neemt de volgende stukken mee in haar beoordeling:
- het verzoekschrift met bijlagen, binnengekomen bij de rechtbank op 24 januari 2025.
1.2.
De mondelinge behandeling met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 27 januari 2025. Daarbij zijn gehoord:
  • [betrokkene] , bijgestaan door haar advocaat;
  • mevrouw [naam 1] , kinderpsychiater bij [accommodatie] , behandelaar;
  • mevrouw [naam 2] , regiebehandelaar [ggz] ;
  • de heer [naam 3] , psychiater [ggz] ;
  • mevrouw [naam 4] , moeder van [betrokkene] ;
  • de heer [naam 5] , vader van [betrokkene] .
1.3.
Ook was er een verpleegkundige van de afdeling aanwezig, maar zij is niet gehoord.

2.Wat vaststaat

2.1.
[betrokkene] verblijft met een crisismaatregel bij [accommodatie] . De burgemeester van Dordrecht heeft de crisismaatregel op 24 januari 2025 genomen.

3.Het verzoek

3.1.
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor de duur van drie weken te verlenen.

4.De standpunten

4.1.
[betrokkene] geeft aan dat het niet optimaal met haar gaat. Dat ze bij [accommodatie] zit, zegt volgens haar voldoende. Ze voelt zich ten opzichte van toen de crisismaatregel is afgegeven nog niet echt beter.
4.2.
De psychiater van [ggz] geeft aan al geruime tijd wekelijks gesprekken te hebben met [betrokkene] . Het gaat al langer niet zo goed met [betrokkene] , waarbij zij ook suïcidale gedachtes heeft. Daarvoor wilde [betrokkene] in behandeling gaan, maar in de week voorafgaand aan de mondelinge behandeling heeft ze geen veiligheidsafspraken (meer) kunnen maken. Daarmee was voor de psychiater de grens bereikt als het gaat om de veiligheid van [betrokkene] . [betrokkene] was medicatie aan het opsparen en de psychiater zag een verhoogd risico op suïcide, omdat [betrokkene] niet meer in de samenwerking was. Het lukte [betrokkene] niet meer om tegen de suïcidale gedachten te vechten. De psychiater heeft met [betrokkene] besproken wat een veilige plek voor haar zou zijn, omdat [betrokkene] zich thuis niet veilig voelt. Daar kwamen ze niet uit, dus hebben ze de ouders geïnformeerd en een opname besproken.
4.3.
De behandelaar van [betrokkene] geeft aan dat [betrokkene] het op de afdeling goed doet. Ze is een heel netjes, goed opgevoed, meisje. Wat het ingewikkeld maakt, is dat de thuissituatie als probleem wordt benoemd. Dat probleem kan op de afdeling niet getackeld worden. De opname is volgens de behandelaar slechts een time-out en geen langdurige oplossing. Wat volgens de behandelaar duidelijk is, is dat het op dit moment thuis niet gaat en dat maakt de situatie lastig. Er is contact met een arts van Veilig Thuis, maar het is niet aan de behandelaar om aan waarheidsvinding te doen. Normaal zou iemand na een korte opname weer naar huis kunnen, maar de behandelaar heeft geen grip en zicht op de thuissituatie. [betrokkene] kan in procenten aangeven in welke mate de problemen in de thuissituatie haar suïcidaliteit verhogen. Een langere opname geeft een tijdelijke schijnveiligheid. Het is namelijk niet de oplossing; thuis moeten er ook dingen gebeuren. Dat kan echter alleen gebeuren met behulp van [ggz] en Veilig Thuis.
4.4.
De advocaat van [betrokkene] stelt dat het over de veiligheid van [betrokkene] moet gaan. Het is helder dat [betrokkene] zich thuis niet helemaal veilig voelt en dat ze zich tijdens de opname iets veiliger voelt. Daarom bepleit de advocaat voor een toewijzing van de voortzetting van de crisismaatregel. Dat is in het belang van [betrokkene] en dat belang heeft de prioriteit. Er zijn weinig vormen van verplichte zorg nodig. Het opnemen in een accommodatie is wel van belang. Vanuit daar moet gekeken worden hoe de veiligheid thuis verbeterd kan worden. Daar moet de tijd voor genomen worden en het vergt samenwerking van iedereen. [betrokkene] wil meewerken aan de verbetering en weet zelf wat het probleem is en waar ze van af wil. Dat is alleen niet zo eenvoudig. Er moet tijd worden genomen om te kijken hoe men hier het beste mee om kan gaan. Wat duidelijk is, is dat de zaak niet zomaar op zijn beloop gelaten kan worden. Dat hebben de mensen van [ggz] geconstateerd.
4.5.
De ouders van [betrokkene] spreken uit dat ze heel veel van [betrokkene] houden, maar dat het voor hen moeilijk te begrijpen is dat ze zich thuis niet veilig voelt. Er is recent een evaluatie met [ggz] geweest en daaruit kwam naar voren dat [betrokkene] op de goede weg was. [betrokkene] kan thuis haar emoties goed relativeren en ze zit niet depressief op haar kamer. De ouders van [betrokkene] willen haar helpen, maar zij zien niet waarom een opname helpend zou zijn. Ze willen haar thuis hebben zodat ze kunnen helpen. De ouders stellen dat zij beschadigd zijn door alles wat er gebeurd is en vragen zich af waarom hun mening niet mee wordt genomen. Ze doen wat het beste is voor [betrokkene] , maar op de afdeling kunnen ze haar niets bieden. Daarom moet [betrokkene] volgens haar ouders zo snel mogelijk weer terug naar huis. Later in het gesprek verklaren de ouders akkoord te kunnen gaan met de opname als [betrokkene] zich veilig voelt op de afdeling.

5.De beoordeling

5.1.
De kinderrechter verleent de gevraagde machtiging voor de duur van drie weken. Zij legt hierna uit waarom zij deze beslissing neemt.
5.2.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat er ten aanzien van [betrokkene] sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op:
- levensgevaar;
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige verstoorde ontwikkeling.
5.3.
[betrokkene] heeft al geruime tijd suïcidale gedachten, maar recent lukte het haar niet meer om veiligheidsafspraken te maken met de psychiater van [ggz] bij wie ze onder behandeling is. Daarbij is ter sprake gekomen dat [betrokkene] paracetamol had opgespaard. [betrokkene] ervaart veel spanningen, waarbij zij met name de thuissituatie als onveilig ervaart. De psychiater van [accommodatie] geeft aan dat [betrokkene] tot in procenten kan aangeven wat de gedachte aan terug naar huis gaan met haar doet. Een alternatieve plek om te verblijven, is op dit moment niet beschikbaar.
5.4.
Vermoed wordt dat het ernstig nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis, te weten een depressieve stemmingsstoornis.
5.5.
De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht. Het risico op suïcide wordt bij [betrokkene] als zeer verhoogd ingeschat. Daarbij weegt de kinderrechter mee dat de psychiater van [betrokkene] bij [ggz] , die haar al een jaar onder behandeling heeft, aangeeft dat de grens bereikt is als het gaat om de veiligheid van [betrokkene] . Dit zeer zorgelijke signaal van een professional kan de kinderrechter niet negeren, ondanks dat de ouders van [betrokkene] aangeven dat zij zich niet herkennen in dit beeld.
5.6.
De rechtbank is op grond van de medische verklaring en de toelichting tijdens de mondelinge behandeling van oordeel dat de volgende vormen van verplichte zorg nodig zijn om het nadeel af te wenden:
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- opnemen in een accommodatie.
5.7.
Andere dan de hiervoor genoemde vormen van verplichte zorg worden door de kinderrechter niet noodzakelijk geacht, aangezien de noodzaak daarvoor niet (afdoende) is gemotiveerd en de behandelaar tijdens de mondelinge behandeling bovendien voldoende heeft toegelicht dat deze vormen niet nodig zijn om het ernstig nadeel af te wenden.
5.8.
[betrokkene] heeft de leeftijd van zestien jaar nog niet bereikt waardoor verzet van de ouders wordt aangemerkt als verzet in de zin van de Wvggz. [1] De ouders van [betrokkene] twijfelen openlijk of de opname nodig is. Aan de ene kant geven zij aan zich hier niet in te kunnen vinden, terwijl zij tegelijkertijd aangeven achter de opname te kunnen staan als [betrokkene] zich op de afdeling veilig voelt. Gezien de twijfels bij de ouders, is de kinderrechter van mening dat er op dit moment onvoldoende basis is voor voortzetting van de zorg in een vrijwillig kader. In het belang van [betrokkene] mag er de komende tijd absoluut geen twijfel bestaan over de vraag of de opname kan worden voortgezet.
5.9.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. Alle betrokkenen zijn het er wel over eens dat er moet worden gewerkt aan een duurzame oplossing. Deze oplossing is op dit moment alleen nog niet voor handen.
5.10.
De verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Bij het bepalen van de juiste vormen van zorg is rekening gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van [betrokkene] aan het maatschappelijk leven te bevorderen en om te zorgen voor de veiligheid van [betrokkene] en haar omgeving.

6.De beslissing

De rechtbank:
6.1.
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 2009 in [geboorteplaats] , wat inhoudt dat de maatregelen zoals genoemd in 5.6 kunnen worden toegepast;
6.2.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met
17 februari 2025;
6.3.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 27 januari 2025 door mr. Roose, kinderrechter, in aanwezigheid van mr. Brok, griffier, en op schrift gesteld op 10 februari 2025.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Voetnoten

1.Art. 1.4 lid 2 sub b Wvggz.