Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
ex artikel 530 Svten laste van de Staat voor een bedrag van:
- € 270,00, voor vergoeding van kosten rechtsbijstand;
- € 6,38, voor vergoeding van reiskosten;
- € 81,68, voor vergoeding van gederfde inkomsten;
- € 340,00 als forfaitaire vergoeding voor het opstellen en indienen van het verzoekschrift dan wel € 680,00 bij behandeling van het verzoekschrift in raadkamer;
- de aantekening van het mondelinge vonnis van de kantonrechter van 23 juli 2023 waarbij verzoeker is vrijgesproken;
- de schriftelijke reactie van het Openbaar Ministerie;
- de overige stukken in het raadkamerdossier.