ECLI:NL:RBZWB:2025:6656
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- T. Peters
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen WOZ-waarde van onroerende zaak in gemeente Zundert
Op 6 oktober 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een belanghebbende en de heffingsambtenaar van de gemeente Zundert. De rechtbank beoordeelt het beroep van de belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar, die de WOZ-waarde van de woning van de belanghebbende op 1 januari 2023 heeft vastgesteld op € 793.000. De belanghebbende is het niet eens met deze waardevaststelling en heeft bezwaar gemaakt, maar de heffingsambtenaar heeft dit bezwaar ongegrond verklaard. Tijdens de zitting op 2 september 2025 is de zaak behandeld, maar de belanghebbende is niet verschenen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de belanghebbende correct is uitgenodigd voor de zitting.
De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden rondom de woning beoordeeld, waaronder de oppervlakte, de bouwjaar en de ligging. De rechtbank concludeert dat de waarde van de woning niet te hoog is vastgesteld, en dat de heffingsambtenaar voldoende rekening heeft gehouden met de verschillen tussen de woning en de referentiewoningen die zijn gebruikt voor de waardebepaling. De rechtbank oordeelt dat de gebruikte referentiewoningen voldoende vergelijkbaar zijn en dat de heffingsambtenaar zijn bewijslast heeft voldaan. Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep ongegrond, wat betekent dat de belanghebbende geen terugbetaling van griffierecht of vergoeding van proceskosten ontvangt.