ECLI:NL:RBZWB:2025:6576
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep inzake WOZ-waarde onroerende zaak
In deze zaak heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant op 1 oktober 2025 uitspraak gedaan in een geschil over de WOZ-waarde van een onroerende zaak. De heffingsambtenaar van de gemeente Gilze en Rijen had op 24 februari 2024 de waarde van de woning vastgesteld op € 407.000, wat leidde tot een aanslag in de onroerendezaakbelastingen voor het jaar 2024. Namens de eiseres, die niet de eigenaar van de woning bleek te zijn, werd op 20 maart 2024 een bezwaarschrift ingediend. De heffingsambtenaar deed op 28 augustus 2024 uitspraak op bezwaar, maar de rechtbank oordeelde dat de eiseres niet-ontvankelijk was in haar beroep. Dit oordeel was gebaseerd op het feit dat de eiseres geen eigenaar was van de woning en dat de uitspraak op bezwaar niet aan haar was gericht. De rechtbank heeft het beroep niet inhoudelijk beoordeeld en verklaarde het beroep niet-ontvankelijk. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.