Uitspraak
RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Tilburg
Zaaknummer: 11719067 \ CV EXPL 25-2616
Vonnis van 24 september 2025
in de zaak van
ENNATUURLIJK B.V.,
gevestigd te Best,
eisende partij,
hierna te noemen: Ennatuurlijk,
gemachtigde: Flanderijn & van Eck,
tegen
[de consument],
wonende te [plaats] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [de consument] ,
procederend in persoon.
1.De zaak in het kort
1.1.
Ennatuurlijk heeft stadsverwarming geleverd aan [de consument] . [de consument] heeft meerdere voorschotnota’s en jaarafrekeningen niet betaald. Ennatuurlijk vordert een deel van de openstaande hoofdsom, namelijk € 500,00, van [de consument] . [de consument] betwist niet dat zij Ennatuurlijk € 500,00 verschuldigd is. Wel vordert [de consument] verrekening van een bedrag van
€ 715,88 met de openstaande hoofdsom, omdat sprake zou zijn geweest van gebreken aan de warmte-installatie die Ennatuurlijk niet heeft verholpen. Hierdoor is warmteverlies opgetreden en daarmee een verhoogd gebruik. Daarnaast wil [de consument] dat er een redelijk maandbedrag in rekening wordt gebracht dat overeenkomt met haar daadwerkelijke verbruik. Ennatuurlijk erkent de tegenvordering van [de consument] gedeeltelijk.
1.2.
De kantonrechter wijst de vordering van Ennatuurlijk toe, met uitzondering van de rente en buitengerechtelijke kosten, en wijst de vorderingen van [de consument] af. Hieronder legt de kantonrechter dit oordeel uit.
2.De procedure
2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 18 juni 2025;
- de conclusie van antwoord in reconventie van 11 augustus 2025;
- de mondelinge behandeling van 21 augustus 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
2.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.
3.De feiten
3.1.
Ennatuurlijk is leverancier van stadsverwarming. Sinds 2012 hebben Ennatuurlijk (destijds: Essent) en [de consument] een overeenkomst met elkaar waarin is afgesproken dat Ennatuurlijk tegen betaling warmte levert aan [de consument] . Bij deze overeenkomst horen ook de algemene leveringsvoorwaarden van Essent Warmte B.V. van 1 juli 2007.
3.2.
Partijen hebben afgesproken dat wordt betaald door middel van maandelijkse voorschotbijdragen. Deze moeten steeds binnen 14 dagen na de factuurdatum betaald worden. Jaarlijks worden met een jaarafrekening de in rekening gebrachte voorschotnota’s verrekend met de kosten van het daadwerkelijk verbruik.
3.3.
[de consument] heeft in de periode van maart 2022 tot en met juli 2025 meerdere voorschotnota’s en jaarafrekeningen niet betaald.
3.4.
[de consument] is op 10 juli 2025 verhuisd. Daarmee is de overeenkomst tussen partijen geëindigd.
4.Het geschil
in conventie
4.1.
Ennatuurlijk vordert veroordeling van [de consument] tot betaling van € 500,00, vermeerderd met rente en kosten. Dit betreft een deel van de hoofdsom (€ 2.095,49) die Ennatuurlijk meent van [de consument] te vorderen te hebben. In de dagvaarding vorderde Ennatuurlijk ook ontbinding van de overeenkomst, onderbreking van de warmteaansluiting, ontruiming ten behoeve van die onderbreking, betaling van toekomstige voorschotbijdragen en rente over de gehele hoofdsom. Deze vorderingen heeft Ennatuurlijk op de mondelinge behandeling ingetrokken vanwege de verhuizing van [de consument] . Daarmee is enkel de vordering tot betaling van € 500,00, met rente over dat bedrag, nog aan de orde. [de consument] heeft hier geen verweer tegen gevoerd.
in reconventie
4.2.
[de consument] vordert verrekening voor een bedrag van € 715,88 (het bedrag op de jaarafrekening van 8 december 2023) met de openstaande hoofdsom vanwege gebreken aan de warmte-installatie. Ennatuurlijk erkent de stelling van [de consument] deels en heeft daarom reeds € 314,00 verrekend met de hoofdsom. Voor het overige betwist Ennatuurlijk dat het hogere verbruik in 2023 te wijten is aan gebreken. [de consument] vordert ook veroordeling van Ennatuurlijk tot het in rekening brengen van een redelijke maandelijkse voorschotbijdrage, op basis van het daadwerkelijk gebruik. Ennatuurlijk betwist dat sprake is (geweest) van een onredelijke maandelijkse voorschotbijdrage.
4.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.
5.De beoordeling
in conventie
De geldvordering
5.1.
Ennatuurlijk stelt dat [de consument] in totaal € 2.095,49 aan facturen niet heeft betaald, terwijl zij dat wel had moeten doen op grond van de leveringsovereenkomst. De facturen en aanmaningen zijn door Ennatuurlijk overgelegd. [de consument] heeft de vordering van € 500,00 niet betwist. Zij heeft zelfs aangegeven dat zij bereid is dit bedrag te betalen. De kantonrechter zal de vordering daarom in zoverre toewijzen.
Rente en buitengerechtelijke kosten
5.2.
Ennatuurlijk vordert tevens wettelijke rente en vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten.
5.3.
De onder 3.1. genoemde algemene leveringsvoorwaarden bevatten een beding ten aanzien van rente en kosten:
“17.3 Indien en zodra de Aanvrager en/of Verbruiker in verzuim is, is hij tevens een extra bedrag verschuldigd, onverminderd het recht van het Bedrijf op een wettelijke rentevergoeding wegens te late betaling en op vergoeding van de redelijke kosten van gerechtelijke en buitengerechtelijke inning en onverminderd het bepaalde in artikel 18 van de Leveringsvoorwaarden.”
5.4.
Omdat [de consument] een consument is (een natuurlijk persoon die niet heeft gehandeld in de uitoefening van een beroep of bedrijf), moet de kantonrechter naar Europese regelgeving ambtshalve beoordelen of bovengenoemd beding oneerlijk is. Naar het oordeel van de kantonrechter is dat het geval. Omdat het beding een (onduidelijke) verhoging van de rente en (buitengerechtelijke) kosten bevat, wijkt het ten nadele van de consument af van de wettelijke regeling die zonder dit beding (dwingend) zou gelden. Daarmee is het onredelijk bezwarend in de zin van artikel 6:233, aanhef en onder a, BW en oneerlijk op grond van Europese regelgeving. Ennatuurlijk kan in dat geval ook geen aanspraak meer maken op de wettelijke regelingen die van toepassing zouden zijn geweest zonder het oneerlijke beding. Dat volgt uit vaste jurisprudentie van het Europese Hof van Justitie. De gevorderde rente en vergoeding van buitengerechtelijke kosten zullen daarom worden afgewezen.
Proceskosten
5.5.
[de consument] is in conventie grotendeels in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van Ennatuurlijk worden begroot op:
- kosten van de dagvaarding
€
120,21
- griffierecht
€
135,00
- salaris gemachtigde
€
164,00
(2 punten × € 82,00)
- nakosten
€
41,00
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
€
460,21
in reconventie
Gebreken aan de warmte-installatie
5.6.
[de consument] stelt dat er in 2021, 2023 en 2025 gebreken zijn geweest aan de warmte-installatie. Ennatuurlijk had die gebreken moeten verhelpen, maar heeft dat nagelaten. Als gevolg hiervan was sprake van warmteverlies. Ennatuurlijk erkent dat zij onterecht geen verantwoordelijkheid heeft genomen voor noodzakelijke reparaties, met warmteverlies tot gevolg. Volgens [de consument] betekent dit warmteverlies dat het bedrag op de jaarafrekening van 2023, zijnde € 715,88, volledig moet worden verrekend met de openstaande hoofdsom. Ennatuurlijk heeft een berekening gemaakt waaruit volgt dat het warmteverlies heeft gezorgd voor extra verbruik voor een bedrag van € 314,00.
5.7.
Ter onderbouwing van haar stelling heeft [de consument] een e-mailbericht en werkbon van Feenstra van 2025 overgelegd. Naar het oordeel van de kantonrechter is die onderbouwing onvoldoende, omdat deze betrekking heeft op een gebrek dat zich heeft voorgedaan twee jaar ná de jaarafrekening van 2023. Ennatuurlijk heeft haar berekening daarentegen wel voldoende onderbouwd. Deze gaat uit van een warmteverlies van 400 liter per uur over de periode van 1 november 2021 tot en met 11 maart 2025 en komt de kantonrechter daarmee logisch voor. [de consument] heeft niets ingebracht tegen deze berekening. Ennatuurlijk heeft het bedrag van € 314,00 al verrekend met de hoofdsom. Daarom zal de kantonrechter de vordering van [de consument] afwijzen.
Maandelijkse voorschotbijdragen
5.7.
[de consument] heeft ook gesteld dat de tarieven die Ennatuurlijk hanteert te hoog en daarmee onredelijk zijn. Zij vordert dat Ennatuurlijk ertoe wordt veroordeeld een maandelijkse voorschotbijdrage in rekening te brengen die wel redelijk is en overeenkomt met het daadwerkelijk verbruik.
5.8.
Naar het oordeel van de kantonrechter heeft [de consument] onvoldoende onderbouwd dat Ennatuurlijk te hoge tarieven hanteert. Bij haar betwisting heeft Ennatuurlijk onderbouwd dat zij de enige leverancier is van stadsverwarming op het adres van [de consument] en dat zij de tarieven hanteert zoals vastgesteld door de Autoriteit Consument en Markt. [de consument] heeft daar niets tegen ingebracht. Zij heeft een kopie van een aanbod van Energiedirect overgelegd voor een lager maandbedrag, maar dit betreft een tarief voor stroom en is daarom niet vergelijkbaar met de levering van stadsverwarming. Vanwege de verhuizing van [de consument] is bovendien inmiddels een eindafrekening opgemaakt op basis van het daadwerkelijk verbruik en is van maandelijkse voorschotbijdragen geen sprake meer. De kantonrechter zal daarom ook deze vordering van [de consument] afwijzen.
Proceskosten
5.9.
Vanwege de samenhang met de procedure in conventie zal de kantonrechter bepalen dat in reconventie iedere partij haar eigen proceskosten draagt.
6.De beslissing
De kantonrechter
in conventie
6.1.
veroordeelt [de consument] om aan Ennatuurlijk te betalen een bedrag van € 500,00,
6.2.
veroordeelt [de consument] in de proceskosten van € 460,21, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als [de consument] niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
6.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
6.4.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
6.5.
wijst de vorderingen van [de consument] af,
6.6.
bepaalt dat iedere partij haar eigen proceskosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. Van Onzenoort en in het openbaar uitgesproken op 24 september 2025.