Uitspraak
Rechtbank ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De vordering van de benadeelde partij
8.De wettelijke voorschriften
9.Beslissing
een taakstraf van 160 (honderdzestig) uren;
vervangende hechteniszal worden toegepast van
80 (tachtig) dagen;
[aangeefster]van
€ 1.000,-aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente, vanaf 15 maart 2024 tot aan de dag der voldoening;
slachtoffer [aangeefster], € 1.000,-te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente, vanaf 15 maart 2024 tot aan de dag der voldoening;
20 dagen gijzelingkan worden toegepast, met dien verstande dat toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft;
door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid
[aangeefster] heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige
handelingen, te weten het betasten van de borsten van die [aangeefster] en/of het duwen van zijn,
verdachtes, geslachtsdeel tegen de billen van die [aangeefster] en bestaande dat geweld en/of die andere
feitelijkheid en/of bedreiging mt geweld en/of een andere feitelijkheid uit het van achteren
benaderen van die [aangeefster] en/of vervolgens het onverhoeds vastpakken van die [aangeefster];
(Artikel art 246 Wetboek van Strafrecht)