ECLI:NL:RBZWB:2025:5362
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een beroep tegen een verzuimboete bij aanslag inkomstenbelasting
Op 11 augustus 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een belanghebbende uit Duitsland en de inspecteur van de Belastingdienst. De zaak betreft een beroep tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 17 oktober 2024, waarin het bezwaar van de belanghebbende tegen een verzuimboete van € 385, opgelegd bij de aanslag inkomstenbelasting (IB) voor het jaar 2021, ongegrond werd verklaard. Tijdens de zitting op 7 augustus 2025, die digitaal werd bijgewoond door de belanghebbende, hebben de partijen een compromis bereikt. De rechtbank heeft besloten de verzuimboete te verminderen tot € 250. Dit leidde tot de beslissing dat het beroep gegrond werd verklaard, de uitspraak op bezwaar werd vernietigd en de inspecteur het griffierecht van € 51 aan de belanghebbende moest vergoeden. De rechtbank heeft geen proceskostenvergoeding toegekend, omdat de belanghebbende geen kosten heeft gemaakt die voor vergoeding in aanmerking komen. De uitspraak is openbaar gemaakt en kan in hoger beroep worden aangevochten binnen zes weken na verzending.