ECLI:NL:RBZWB:2025:518
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorzieningen in belastingrechtelijke geschillen met betrekking tot griffierecht
Op 31 januari 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoeker, een individu uit een niet gespecificeerde plaats, voorlopige voorzieningen heeft aangevraagd in verband met zijn beroepen tegen beslissingen van de inspecteur van de Belastingdienst en de ontvanger van de Belastingdienst. De verzoeken zijn geregistreerd onder de zaaknummers BRE 24/5803 tot en met BRE 24/5808, die gerelateerd zijn aan eerdere bodemprocedures. Verzoeker heeft aangegeven dat hij het griffierecht van € 51 niet heeft kunnen betalen vanwege betalingsonmacht, maar heeft geen onderbouwing gegeven voor deze claim. De rechtbank heeft verzoeker meerdere keren in de gelegenheid gesteld om zijn situatie te verduidelijken en het griffierecht te voldoen, maar deze brieven zijn niet door verzoeker afgehaald. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoeker op het opgegeven adres stond ingeschreven en dat de brieven correct zijn verzonden. Aangezien het griffierecht niet is betaald, heeft de rechtbank de verzoeken niet-ontvankelijk verklaard op basis van de relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht. Er is geen proceskostenveroordeling opgelegd.