ECLI:NL:RBZWB:2025:5043

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
31 juli 2025
Publicatiedatum
1 augustus 2025
Zaaknummer
24/3943
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van het beroep tegen de WOZ-waarde en aanslag onroerendezaakbelastingen na overlijden van belanghebbende

In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedaan op 31 juli 2025, wordt het beroep van de erven van wijlen de heer [belanghebbende] beoordeeld. De zaak betreft een beroep tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Sluis, die op 5 maart 2024 het bezwaar van de heer [belanghebbende] tegen de vastgestelde WOZ-waarde van zijn woning ongegrond verklaarde. De heffingsambtenaar had de waarde van de onroerende zaak vastgesteld op € 247.000 per 1 januari 2022, en een aanslag in de onroerendezaakbelastingen voor het jaar 2023 opgelegd. Na het overlijden van de heer [belanghebbende] op 15 november 2023 hebben zijn erven de procedure voortgezet.

Tijdens de zitting op 19 juni 2025 hebben partijen een compromis bereikt, waarbij de vastgestelde WOZ-waarde werd verlaagd tot € 205.000. De rechtbank heeft dit compromis geaccepteerd en het beroep gegrond verklaard. Dit betekent dat de waardebeschikking en de bijbehorende aanslag OZB moeten worden verlaagd. De heffingsambtenaar is verplicht om het griffierecht van € 51 aan de belanghebbenden te vergoeden. De uitspraak is openbaar gemaakt en kan worden ingezien op rechtspraak.nl.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Middelburg
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 24/3943

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 31 juli 2025 in de zaak tussen

de erven van [belanghebbende] , laatstelijk woonachtig te [plaats] , belanghebbenden

(gemachtigde: [gemachtigde] ),
en
de heffingsambtenaar van Sabewa Zeeland(gemeente Sluis), de heffingsambtenaar.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van wijlen de heer [belanghebbende] tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van 5 maart 2024.
1.1.
De heffingsambtenaar heeft bij beschikking van 31 maart 2023 de waarde van de onroerende zaak de [adres] (de woning) op 1 januari 2022 (de waardepeildatum) vastgesteld op € 247.000. Tegelijk met deze waardevaststelling is aan wijlen de heer [belanghebbende] ook de aanslag in de onroerendezaakbelastingen van de gemeente Sluis voor het jaar 2023 opgelegd (de aanslag OZB).
1.2.
De heffingsambtenaar heeft het bezwaar van wijlen de heer [belanghebbende] ongegrond verklaard.
1.3.
Wijlen de heer [belanghebbende] is op 15 november 2023 overleden. De erven (belanghebbenden in deze zaak) hebben de procedure voortgezet.
1.4.
De heffingsambtenaar heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift, gedagtekend 11 juni 2025.
1.5.
De rechtbank heeft het beroep op 19 juni 2025 op zitting behandeld. Tijdens deze zitting is deze zaak gelijktijdig, maar niet gevoegd, behandeld met de zaak met zaaknummer 23/1945. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van belanghebbenden en namens de heffingsambtenaar, mr. B de Smit.
1.6.
Als griffier ter zitting is opgetreden, mr. J.T. Jonker. De uitspraak wordt gedaan in aanwezigheid van de griffier die het dossier en deze uitspraak mede heeft voorbereid, [persoon] .
1.7.
De zittingsgriffier, mr. J.T. Jonker heeft op 31 juli 2025 telefonisch contact gehad met de gemachtigde van belanghebbenden vanwege de vertraging in de afwikkeling van deze uitspraak. De rechtbank betreurt dat het langer heeft geduurd dan beoogd.

Feiten

2. Aan wijlen de heer [belanghebbende] is met dagtekening 31 maart 2023 een verzamelbiljet toegezonden met daarop diverse beschikkingen en aanslagen lokale heffingen, zie ook onder 1.1 hiervoor. Het betreft heffingen met betrekking tot de woning, die bij wijlen [belanghebbende] in (mede-)eigendom was. Het betreft een tussenwoning (bouwjaar 1948) met een gebruiksoppervlakte van 95 m², een aangebouwde woonruimte van 20 m² en een vrijstaande garage van 17 m². De woning staat op een perceel van 287 m².
2.1.
De beschikking heeft betrekking op het belastingjaar 2023. De zaak met zaaknummer 23/1945 heeft betrekking op het jaar 2022. In die procedure heeft de rechtbank heden eveneens uitspraak gedaan.

Beoordeling door de rechtbank

3. Partijen hebben ter zitting bij wijze van compromis met elkaar overeenstemming bereikt. Het compromis houdt in dat de bij beschikking vastgestelde waarde van de woning wordt verminderd tot een bedrag van € 205.000. De rechtbank ziet geen aanleiding om te af te wijken van hetgeen partijen hebben afgesproken en zal dienovereenkomstig beslissen en het beroep gegrond verklaren.

Conclusie en gevolgen

4. Het beroep is gegrond. Dit betekent dat de waardebeschikking moet worden verlaagd. De aanslag OZB volgt de waardebeschikking, dus ook deze moet worden verlaagd. De heffingsambtenaar dient dit uit te voeren.
4.1.
Omdat het beroep gegrond is moet de heffingsambtenaar het griffierecht aan belanghebbenden vergoeden.

Beslissing

De rechtbank:
  • verklaart het beroep gegrond;
  • vernietigt de uitspraak op bezwaar;
  • vermindert de WOZ-waarde van de woning tot een bedrag van € 205.000;
  • vermindert de aanslag OZB dienovereenkomstig;
  • bepaalt dat de heffingsambtenaar het griffierecht van € 51 aan belanghebbenden moet vergoeden.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.M. Dondorp-Loopstra, rechter, in aanwezigheid van [persoon] , griffier op 31 juli 2025. De uitspraak is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl
griffier
rechter
Deze uitspraak is in Mijn Rechtspraak geplaatst.

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar het gerechtshof ‘s-Hertogenbosch waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden.
Digitaal hoger beroep instellen kan via “Formulieren en inloggen” op www.rechtspraak.nl. Hoger beroep instellen kan eventueel ook nog steeds door verzending van een brief aan het gerechtshof ‘s-Hertogenbosch (belastingkamer), Postbus 70583, 5201 CZ 's-Hertogenbosch.