ECLI:NL:RBZWB:2025:4761

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
2 juli 2025
Publicatiedatum
22 juli 2025
Zaaknummer
11507917 CV EXPL 25-349 (T)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • R.A. Badal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot vergoeding van zonne-energie en ongerechtvaardigde verrijking in huurovereenkomst voor zonnepanelen

In deze zaak vordert One Solar XV B.V. vergoeding van de aan de vennootschap onder firma [de V.O.F.] en de besloten vennootschappen [B.V. 1] en [B.V. 2] geleverde zonne-energie over de jaren 2020 tot en met 2022. De partijen hebben een overeenkomst gesloten waarbij One Solar de daken van [de V.O.F.] huurt voor het plaatsen van zonnepanelen. De opbrengst van de opgewekte zonne-energie zou aan One Solar toekomen, maar de afrekening ging via de aansluiting van [de V.O.F.]. One Solar stelt dat [de V.O.F.] ongerechtvaardigd is verrijkt door de zonne-energie niet te vergoeden. De gedaagden voeren aan dat er geen afspraak was over de afname van zonne-energie en dat zij reeds betalingen hebben gedaan. De kantonrechter oordeelt dat [de V.O.F.] op grond van ongerechtvaardigde verrijking de geleverde zonne-energie aan One Solar dient te vergoeden, maar dat de hoogte van de vergoeding moet worden vastgesteld op basis van de tarieven van de energieleverancier. Tevens wordt een tegenvordering van [de V.O.F. en BVs] toegewezen om de aansluiting aan te passen zodat de opgewekte energie volledig aan het net wordt teruggeleverd. De zaak wordt aangehouden voor verdere beoordeling van de vorderingen en tegenvorderingen.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Breda
Zaaknummer: 11507917 \ CV EXPL 25-349
Vonnis van 2 juli 2025
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ONE SOLAR XV B.V.,
statutair gevestigd te Eindhoven,
eisende partij,
verwerende partij tegen de tegenvordering,
hierna te noemen: One Solar,
gemachtigde: mr. G.D. Bosman,
tegen

1.de vennootschap onder firma [de V.O.F.] ,2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [B.V. 1] ,3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [B.V. 2] ,

allen gevestigd te [plaats] ,
gedaagde partijen,
eisende partijen met een tegenvordering,
hierna samen te noemen (in vrouwelijk enkelvoud): [de VOF en BVs] en afzonderlijk te noemen: [de V.O.F.] , [B.V. 1] en [B.V. 2] ,
gemachtigde: mr. L.H.H. Verhoeven.

1.De zaak in het kort

Partijen hebben een overeenkomst gesloten op grond waarvan One Solar tegen vergoeding daken van [de V.O.F.] mag gebruiken voor plaatsing van zonnepanelen waarbij de opbrengst van de met de zonnepanelen opgewekte zonne-energie One Solar toekomt. Afrekening van de opbrengsten zonne-energie is gegaan via de aansluiting van [de V.O.F.] met diens energieleverancier. One Solar vordert van [de VOF en BVs] vergoeding van zowel de aan het net teruggeleverde zonne-energie als de aan [de VOF en BVs] geleverde zonne-energie over de jaren 2020 tot en met 2022 op grond van de overeenkomst en subsidiair op grond van ongerechtvaardigde verrijking. [de VOF en BVs] voert als verweer aan dat er geen afspraak is gemaakt dat zijzelf de zonne-energie zou afnemen en zij met de gedane betalingen en verrekening de gevorderde vergoedingen voor (terug)geleverde energie geheel heeft betaald. De kantonrechter oordeelt dat [de VOF en BVs] de aan het net teruggeleverde zonne-energie bijna helemaal betaald heeft aan One Solar en [de V.O.F.] op grond van ongerechtvaardigde verrijking de geleverd gekregen zonne-energie aan One Solar dient te vergoeden op basis van het tarief van de energieleverancier. One Solar wordt in de gelegenheid gesteld om bij akte te onderbouwen van welke tarieven de energieleverancier uitgaat voor levering van energie waardoor inzichtelijk wordt of haar berekend tarief niet hoger is. [de VOF en BVs] heeft een tegenvordering ingesteld tot wijziging van de aansluiting waardoor er geen zonne-energie meer naar haar wordt geleid, maar helemaal naar het net gaat. Deze tegenvordering wordt toegewezen.

2.De procedure

2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 19 februari 2025 en de daarin genoemde processtukken;
- de akte vermindering van eis en overlegging producties van One Solar, tevens conclusie van antwoord in reconventie;
- de mondelinge behandeling van 8 april 2025 en de door partijen overgelegde spreekaantekeningen;
- de ter zitting door One Solar overgelegde polisbladen;
2.2.
Na de mondelinge behandeling is de zaak op verzoek van partijen aangehouden voor het treffen van een regeling. Bij e-mail van 23 april 2025 heeft de gemachtigde van One Solar aan de kantonrechter medegedeeld dat er vonnis wordt gevraagd. De zaak is daarom verwezen voor vonnis.

3.De feiten

3.1.
One Solar is een onderneming die zich bezig houdt met het installeren en exploiteren van zonnepanelensystemen.
3.2.
[de V.O.F.] is een onderneming die zich bezig houdt met het fokken en houden van varkens. [B.V. 1] en [B.V. 2] zijn vennoten van [de V.O.F.] .
3.3.
De onderneming Agreco, een zustervennootschap van One Solar, heeft op 3 juli 2018 een offerte uitgebracht aan [de V.O.F.] voor huur van daken van gebouwen van [de V.O.F.] voor plaatsing van zonnepanelen en afname van zonne-energie door [de V.O.F.] . [de V.O.F.] heeft die offerte ondertekend.
3.4.
Op 24 december 2019 heeft One Solar een “dakhuurovereenkomst voor het plaatsen van een zonnepanelensysteem” gesloten met [de V.O.F.] (hierna: de overeenkomst). In de overeenkomst is (onder meer) vermeld:
“(…)
IN AANMERKING NEMENDE:
(…)
C Partijen zijn overeengekomen dat OneSolar een deel van de daken/ het dak zal huren om daarop een zonnepanelensysteem te kunnen plaatsen waarbij OneSolar het zonnepanelensysteem zal exploiteren. Verhuurder zal de stroom niet afnemen.
(…)
2.1
Partijen zijn voor de huurperiode een Dakhuurprijs overeengekomen van € 4.460,- per jaar exclusief BTW. De meetdata van de bruto productiemeter zijn voor Klant en OneSolar. De kosten van de bruto productiemeter zijn voor rekening van OneSolar.
(…)
6.1
Exploitatie van het Zonnepanelensysteem geschiedt geheel voor rekening en risico van OneSolar. Alle inkomsten die verband houden met de exploitatie uit hoofde van onder meer de SDE+ subsidie en verkoop van stroom komen ten gunste van OneSolar.
(…)
9.3
Alle vorderingen die OneSolar op grond van deze Overeenkomst op verhuurder mocht hebben of verkrijgen, zullen terstond en ten volle opeisbaar zijn indien OneSolar de Overeenkomst op grond van dit artikel beëindigt.
(…)
11.1 (…)
Overname van het zonnepanelensysteem kan plaatsvinden indien Verhuurder alle betalingstermijnen heeft voldaan en slechts tegen een bedrag van één euro welk bedrag als marktwaarde wordt aangemerkt, (…)
3.5.
One Solar heeft het zonnepanelensysteem geplaatst op de daken van [de V.O.F.] . One Solar heeft daarvoor een zwaardere aansluiting gerealiseerd waarvan [de V.O.F.] ook gebruik maakt. Ook heeft One Solar een bruto-productiemeter laten plaatsen om te registreren hoeveel zonne-energie er wordt opgewekt.
3.6.
One Solar heeft het systeem zo geïnstalleerd dat de opgewekte zonne-energie deels naar het bedrijf van [de V.O.F.] gaat voor eigen verbruik en dat afrekening via de aansluiting van [de V.O.F.] loopt.
3.7.
[de V.O.F.] ontvangt sinds januari 2020 van haar energieleverancier Nieuwe Stroom maandelijks facturen met een terugleververgoeding voor alle zonne-energie die wordt opgewekt verminderd met de door [de V.O.F.] zelf verbruikte zonne-energie.
3.8.
One Solar heeft over de jaren 2020 tot en met 2022 de volgende facturen aan [de V.O.F.] gestuurd voor afrekening zonne-energie met een betalingstermijn van 30 dagen:
factuurdatum bedrag betreft
04-01-2023 € 14.982,67 jaarrekening 2020
11-01-2023 - € 3.608,76 correctie opslagkosten 2020
04-01-2023 € 46.795,61 jaarrekening 2021
11-01-2023 - € 2.172,41 correctie opslagkosten 2021
19-04-2023
€ 149.042,23jaarrekening 2022
totaal € 210.820,53
3.9.
Van het totale factuurbedrag van € 210.820,53 inclusief btw ziet:
- € 113.564,19 inclusief btw op de terugleververgoeding,
- € 97.256,34 inclusief btw op de door [de V.O.F.] verbruikte zonne-energie.
3.10.
[de V.O.F.] heeft op 3 april 2024 een bedrag van € 110.950,23 en op 5 mei 2024 een bedrag van € 28.085,34 aan One Solar betaald.
3.11.
One Solar en haar gemachtigde hebben [de V.O.F.] aangemaand tot betaling van het openstaande bedrag. [de V.O.F.] heeft dat bedrag niet betaald. [de V.O.F.] beroept zich op de reeds verrichte betalingen en verrekening met kosten van de door haar ingeschakelde deskundige, kosten voor de bruto-productiemeter en begrote kosten van opruimen van het zonne-energiesysteem.
3.12.
De gemachtigde van [de V.O.F.] heeft One Solar bij e-mail van 15 december 2023 gesommeerd om binnen zeven dagen zorg te dragen voor aanpassing van het zonne-energiesysteem waardoor [de V.O.F.] daar geen stroom meer van afneemt. One Solar is niet tot aanpassing van het zonnepanelensysteem over gegaan en beroept zich erop dat de afspraak is gemaakt dat [de V.O.F.] opgewekte energie voor eigen gebruik zou afnemen.

4.4. Het geschil

de vordering
4.1.
One Solar vordert na eiswijziging dat:
I. [de VOF en BVs] hoofdelijk wordt veroordeeld tot betaling van € 66.003,77 inclusief btw, vermeerderd met de buitengerechtelijke kosten van € 1.715,89 en primair de wettelijke (handels)rente vanaf het einde van de betalingstermijnen van de facturen, subsidiair vanaf de datum van dagvaarden, meer subsidiair de vijftiende dag na de datum van dagvaarden, tot de dag van algehele betaling;
II. [de VOF en BVs] wordt veroordeeld om binnen 14 dagen na dagtekening van het vonnis de energienota’s over het jaar 2023 aan One Solar te verstrekken op straffe van een dwangsom van € 250,00 per dag dat [de VOF en BVs] hier niet aan voldoet, met een maximum van € 25.000,00;
III. [de VOF en BVs] hoofdelijk wordt veroordeeld in de kosten van de procedure, waaronder de nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente.
4.2.
One Solar legt aan haar vorderingen samengevat het volgende ten grondslag. [de VOF en BVs] dient primair op grond van de gesloten overeenkomst over de jaren 2020 tot en met 2022 vergoedingen te betalen voor de teruggeleverde zonne-energie en de door haar verbruikte zonne-energie. Subsidiair dient [de VOF en BVs] die energie op grond van ongerechtvaardigde verrijking te betalen. [de V.O.F.] is verrijkt met de vergoeding voor teruglevering van zonne-energie en met het zelf verbruiken van zonne-energie. De vergoeding voor teruggeleverde en verbruikte energie is gebaseerd op de tarieven van de energieleverancier van [de V.O.F.] vermeerderd met wettelijke toeslagen. Voor het opmaken van de jaarrekening over 2023 dient [de VOF en BVs] de energienota’s over die periode te verstrekken.
4.3.
[de VOF en BVs] voert als verweer het volgende aan. Voor de teruggeleverde zonne-energie is het bedrag van € 110.950,23 inclusief btw betaald met uitzondering van de onbalanskosten van € 2.080,36 die voor rekening van One Solar zijn. Omdat niet is overeengekomen dat de zonne-energie naar [de V.O.F.] zou worden geleid, dient de vordering tot geleverde energie op de primaire grond te worden afgewezen. Ten aanzien van de subsidiaire grond geldt dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is dat wordt uitgegaan van contracttarieven met opslagen; uitgegaan moet worden van het bedrag waarmee One Solar is verarmd en dat is de misgelopen terugleververgoeding van totaal € 46.625,34 exclusief btw. Dit bedrag is verrekend met gemaakte deskundigenkosten voor [deskundige] BV (hierna: [deskundige]), de kosten voor de bruto-productiemeter en opruimkosten. Als geoordeeld wordt dat [de VOF en BVs] wel contracttarieven met wettelijke opslagen verschuldigd is dan is onvoldoende onderbouwd wat het verbruik van [de V.O.F.] is. De tarieven van One Solar zijn hoger dan de tarieven van de eigen energieleverancier van [de V.O.F.] .
de tegenvordering
4.4.
[de VOF en BVs] vordert, na eisvermindering ter zitting, dat One Solar wordt veroordeeld:
om binnen drie maanden na betekening van het vonnis op straffe van een dwangsom van € 1.000,00 per dag of dagdeel dat One Solar in gebreke blijft om aan de veroordeling te voldoen, het zonne-energiesysteem op haar kosten zodanig aan te passen dat alle opgewekte energie volledig aan het net wordt terug geleverd en niet meer deels naar [de VOF en BVs] wordt geleid en bij aanpassing de geldende veiligheidseisen op te volgen, met machtiging van [de VOF en BVs] om zelf te bewerken dat zodanige aanpassingen worden verricht als One Solar niet binnen vier maanden na betekening van het vonnis aan de veroordeling heeft voldaan, met veroordeling van One Solar om de kosten die daarmee gemoeid zijn op vertoon van de in het vonnis te vermelden bescheiden, binnen acht dagen te voldoen;
tot betaling van de kosten van de bruto-productiemeter van € 1.606,92 te vermeerderen met wettelijke rente vanaf de dag van indiening van de conclusie tot de dag van volledige betaling;
in de kosten van de procedure, vermeerderd met de wettelijke rente.
4.5.
[de VOF en BVs] legt aan haar vorderingen het volgende ten grondslag. One Solar dient het zonne-energiesysteem aan te passen zodat de opgewekte energie niet meer via de aansluiting van [de V.O.F.] aan [de V.O.F.] wordt geleverd, maar volledig naar het net wordt teruggeleverd. Daarnaast dient One Solar de kosten voor de bruto-productiemeter van € 1.606,92 te vergoeden.
4.6.
One Solar voert verweer. One Solar voert als verweer het volgende aan. Overeengekomen is dat [de V.O.F.] zonne-energie afneemt die is opgewekt met het zonnepanelensysteem waardoor er geen reden is voor aanpassing van dat systeem. Niet onderbouwd is dat [de V.O.F.] de kosten van de bruto-productiemeter daadwerkelijk heeft gemaakt en die kosten dienen daarom te worden afgewezen.

5.De beoordeling

Afspraak tot afname zonne-energie door [de V.O.F.] ?

5.1.
Partijen verschillen erover of overeengekomen is dat [de V.O.F.] zonne-energie van het zonnepanelensysteem zou afnemen. Daarvoor dient de tussen partijen gesloten overeenkomst te worden uitgelegd. One Solar stelt dat ook de offerte bij de uitleg dient te worden betrokken omdat het de basis vormt voor de afspraken in de overeenkomst. De kantonrechter volgt One Solar hierin niet. Dit omdat de overeenkomst met vastlegging van uitgebreidere afspraken in de plaats is gekomen van de offerte. Bovendien had [de V.O.F.] de offerte met een andere entiteit dan One Solar gesloten.
5.2.
Bij de uitleg van bepalingen in een overeenkomst geldt volgens vaste rechtspraak dat de vraag wat partijen zijn overeengekomen niet alleen kan worden beantwoord op grond van een zuiver taalkundige uitleg van de bewoordingen van de overeenkomst. Bij de uitleg dient ook acht te worden geslagen op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan elkaars verklaringen en gedragingen mochten toekennen en op wat zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten.
5.3.
Partijen verschillen erover of vlak voor het sluiten van de overeenkomst is gesproken over het al dan niet afnemen van zonne-energie door [de V.O.F.] . Volgens [de VOF en BVs] is mondeling afgesproken dat [de V.O.F.] géén zonne-energie zou afnemen, maar omdat zij hierover niet concreet is, door bijvoorbeeld aan te geven met wie van One Solar en wanneer dat besproken is, wordt hier als onvoldoende onderbouwd aan voorbij gegaan. Uitgegaan wordt van enkel de tekst van de overeenkomst. In de considerans op pagina 1 onder C van de overeenkomst is expliciet vermeld:
“Verhuurder zal de stroom niet afnemen”.One Solar stelt dat de vermelding van het woordje niet een verschrijving is, maar dat strookt niet met de ook ter zitting door One Solar ingenomen stelling dat er een verkeerd model van de overeenkomst zou zijn gebruikt. In de overeenkomst is verder geen bepaling opgenomen over de wijze van afrekenen van te leveren energie aan [de V.O.F.] . One Solar verwijst naar de artikelen 2.1 en 9.3 en 11.1 van de overeenkomst, die er volgens One Solar op wijzen dat de vermelding onder C anders moet worden uitgelegd. De kantonrechter volgt One Solar daarin niet. In artikel 2.1 staat dat de meetdata van een bruto productiemeter voor Klant en One Solar zijn en zij dus beiden toegang tot meetdata hebben, maar dit wijst er niet op dat [de V.O.F.] de opgewekte energie zou afnemen. De artikelen 9.3 en 11.1 van de overeenkomst zien op vorderingen die OneSolar mocht hebben op [de V.O.F.] , maar deze artikelen zijn te algemeen en wijzen er evenmin voldoende op dat [de V.O.F.] zelf zonne-energie zou afnemen. Ook kan uit de artikelen 2.1, 9.3 en 11.1 samen niet worden geconcludeerd dat [de V.O.F.] zonne-energie zou afnemen.
5.4.
Op grond van het voorgaande is de kantonrechter van oordeel dat de overeenkomst zo moet worden uitgelegd dat overeengekomen is dat [de V.O.F.] geen stroom zou afnemen van het zonnepanelensysteem en deze stroom volledig naar het net gaat. Bij het voorgaande weegt ook mee dat One Solar een meer deskundige partij is op het gebied van zonne-energie dan [de V.O.F.] en het op de weg van One Solar lag om de door haar gestelde afspraak duidelijk vast te leggen. De stelling van One Solar dat de overeengekomen dakhuur minder rendabel is voor haar als [de V.O.F.] zelf geen zonne-energie zou afnemen, is ook een omstandigheid waar [de V.O.F.] zich geen rekenschap van hoefde te geven.
5.5.
Conclusie van het voorgaande is dat de primaire grondslag waarbij vergoeding voor geleverde energie op grond van de overeenkomst wordt gevorderd niet slaagt. Subsidiair heeft One Solar aan de vordering tot geleverde zonne-energie ongerechtvaardigde verrijking ten grondslag gelegd.
Ongerechtvaardigde verrijking
5.6.
Voor een geslaagd beroep op ongerechtvaardigde verrijking (artikel 6:212 Burgerlijk Wetboek (BW)) moet sprake zijn van allereerst een verrijking van de een en een verarming van de ander. Daartussen dient een causaal verband te bestaan. Daarnaast moet de verrijking ongerechtvaardigd zijn, wat het geval zal zijn indien hieraan geen redelijke oorzaak ten grondslag ligt. Het gevolg van ongerechtvaardigde verrijking is dat door de verrijkte aan de verarmde schadevergoeding moet worden betaald.
5.7.
[de V.O.F.] is verrijkt: zij heeft kosten bespaard doordat zij niet heeft betaald voor afgenomen energie en One Solar is hierdoor verarmd. Voor (het behouden van) de verrijking van [de V.O.F.] bestaat geen rechtvaardigingsgrond. Het is daarbij niet relevant of [de V.O.F.] de afname van One Solar niet wilde want ook dan is de verrijking ongerechtvaardigd. Het is ook redelijk dat de kosten van afgenomen energie voor rekening van [de V.O.F.] komen. [de V.O.F.] is daarom schadeplichtig. [B.V. 1] en [B.V. 2] zijn als vennoten hoofdelijk aansprakelijk en daarom beiden hoofdelijk schadeplichtig.
5.8.
De vraag is welke vergoeding [de VOF en BVs] aan One Solar verschuldigd is. Partijen verschillen hierover. One Solar stelt dat [de VOF en BVs] dezelfde prijs moet betalen als [de V.O.F.] dient af te rekenen aan haar eigen energiemaatschappij voor via het net geleverd gekregen zonne-energie. [de VOF en BVs] betwist dit en voert aan dat One Solar enkel recht heeft op een vergoeding gelijk aan de terugleververgoeding omdat zij hiermee is verarmd.
5.9.
De schadevergoedingsverbintenis wordt begrensd aan de ene kant door de hoogte van de verrijking en de andere kant door de verarming in die zin dat nooit meer dan de verrijking en nooit meer dan de geleden schade behoeft te worden betaald. De omvang van de vergoedingsplicht kan doorgaans worden berekend door een vergelijking te maken tussen de vermogenstoestand van de verrijkte na het plaatsvinden van de verrijking, en zijn vermogenstoestand zoals deze zou zijn geweest als de verrijking ten koste van een ander niet had plaatsgevonden. De schadevergoedingsverbintenis wordt vervolgens begrensd door de redelijkheid. Deze redelijkheid dient er met name toe om opgedrongen verrijkingen te voorkomen. Bij de beantwoording van de vraag wat redelijk is komt betekenis toe aan de mate waarin de ‘verrijkte” door zijn verrijking daadwerkelijk is gebaat.
5.10.
De kantonrechter is van oordeel dat [de VOF en BVs] de schade dient te vergoeden tot het bedrag van de verrijking en die bestaat uit het aan Nieuwe Stroom betaalde leveringstarief met wettelijke toeslagen voor afgenomen energie. Dit zijn de kosten die [de V.O.F.] moet betalen en waarvoor zij is verrijkt. Er is, zoals [de VOF en BVs] stelt, weliswaar sprake van een opgedrongen verrijking maar die maakt hier naar het oordeel van de kantonrechter niet dat het onredelijk is dat [de VOF en BVs] het levertarief van Nieuwe Stroom met wettelijke opslagen betaalt omdat [de V.O.F.] hiermee daadwerkelijk is gebaat. Omdat op de energierekeningen van Nieuwe Stroom ook btw voor geleverde energie in rekening is gebracht en die verrekend is, gaat de kantonrechter er (vooralsnog) vanuit dat een verschuldigde vergoeding inclusief btw is.
5.11.
One Solar stelt dat zij de vergoeding voor de geleverde energie gebaseerd heeft op meterstanden van de bruto-productiemeter. [de VOF en BVs] betwist dat hiervan uitgegaan moet worden en voert aan niet met die gegevens bekend te zijn. De kantonrechter volgt [de VOF en BVs] niet in dit verweer. Allereerst gaat [de VOF en BVs] in haar berekening uit van hetzelfde gebruik en One Solar heeft ter zitting onweersproken gesteld dat [de VOF en BVs] ook toegang heeft tot de meetgegevens van de bruto-productiemeter doordat zij daarvoor op een systeem kan inloggen. Hierdoor had het op de weg van [de VOF en BVs] gelegen om te onderbouwen waarom de door One Solar gehanteerde gegevens niet kloppen. Omdat [de VOF en BVs] onvoldoende heeft onderbouwd waarom het door One Solar gestelde verbruik niet klopt, wordt uitgegaan van dit door One Solar gestelde verbruik gebaseerd op de bruto-productiemeter.
5.12.
Het is de kantonrechter niet duidelijk of het totale tarief dat One Solar berekent hoger is dan het kale tarief en de wettelijke toeslagen die Nieuwe Stroom berekent in diens facturen. One Solar zal in de gelegenheid worden gesteld om te onderbouwen van welk kaal tarief en welke tarieven voor wettelijke toeslagen Nieuwe Stroom uitgaat voor de geleverde energie. One Solar stelt namelijk dat haar tarieven niet hoger zijn dan het tarief van Nieuwe Stroom. Voor zover het voor One Solar niet mogelijk is de tarieven uit de facturen van Nieuwe Stroom te herleiden en/of zij dit niet duidelijk kan maken met een inzichtelijke berekening, kan benoeming van een deskundige voor de hoogte van de schadevergoeding aangewezen zijn. De kantonrechter heeft op dit moment namelijk onvoldoende aanknopingspunten om de schade te schatten. [de VOF en BVs] zal na de door One Solar ingediende akte vervolgens in de gelegenheid worden gesteld om te reageren bij antwoordakte.
5.13.
De kantonrechter geeft partijen uitdrukkelijk in overweging nog nader met elkaar in onderhandeling te gaan over het treffen van een minnelijke regeling ter beëindiging van de procedure. Mogelijk kunnen partijen aan de hand van wat in deze procedure is overwogen over de vergoeding en de verdere geschilpunten een regeling treffen ter voorkoming van verdere kosten of een nieuw te voeren procedure over afrekening na 2022.
Afspraak teruglevering en onbalanskosten
5.14.
Partijen zijn het er over eens dat [de VOF en BVs] de aan het net teruggeleverde zonne-energie dient te vergoeden. [de VOF en BVs] stelt dat deze teruglevering volledig is vergoed door haar, behalve een bedrag van € 2.080,36 exclusief btw aan onbalanskosten die volgens [de VOF en BVs] voor rekening van One Solar komen. One Solar heeft niet, althans onvoldoende, betwist dat [de V.O.F.] de terugleververgoeding volledig betaald heeft op het gestelde bedrag aan onbalanskosten na. De kantonrechter zal hier dan ook vanuit gaan.
5.15.
[de VOF en BVs] beroept zich erop dat onbalanskosten geheel voor rekening van One Solar zijn omdat deze kosten helemaal verband houden met zonne-energie. One Solar betwist dit en voert aan dat onbalanskosten ook zien op niet zonne-energie en het redelijk is dat 70% of 60% voor rekening van haar komt. Gezien deze betwisting en omdat [de VOF en BVs] degene is die zich erop beroept dat onbalanskosten geheel verband houden met het zonnepanelensysteem had het op de weg van [de VOF en BVs] gelegen haar stelling te onderbouwen. [de VOF en BVs] heeft dat onvoldoende gedaan. Daarom zal het voorstel van One Solar gevolgd worden, in die zin dat 65% van de onbalanskosten voor rekening van One Solar komen en de overige 35% voor [de VOF en BVs] komen. Daardoor resteert er een door [de VOF en BVs] te betalen bedrag van € 881,04 ((€ 2.080,36 x 35%) x 21% btw) aan terugleververgoeding.
Verrekening
5.16.
[de VOF en BVs] beroept zich op verrekening met deskundigenkosten, kosten voor de bruto-productiemeter en opruimkosten van het zonnepanelensysteem. Op deze kosten zal hierna worden ingegaan.
Deskundigenkosten
5.17.
[de VOF en BVs] stelt dat zij [deskundige] als deskundige heeft moeten inschakelen om de terugleververgoedingen vast te stellen. [de VOF en BVs] stelt dat de door haar gemaakte deskundigenkosten € 2.030,00 bedragen.
5.18.
One Solar heeft de noodzaak van de kosten betwist omdat gegevens bij haar opgevraagd konden worden. Ook is er volgens One Solar ten onrechte geen factuur van de deskundige overgelegd.
5.19.
De kantonrechter oordeelt als volgt. [de VOF en BVs] vordert de kosten op grond van artikel 6:96 BW. Dat artikel veronderstelt een wettelijke verplichting tot schadevergoeding van de wederpartij. Alleen in dat geval komen de bedoelde kosten “mede” voor vergoeding in aanmerking. Daarvan is geen sprake. Dit omdat het juist [de VOF en BVs] is die schade dient te vergoeden terzake (terug)levering en niet One Solar. Er is dan ook geen grond voor verrekening met de gestelde kosten die bovendien ook onvoldoende onderbouwd zijn.
Kosten bruto-productiemeter
5.20.
[de VOF en BVs] stelt dat de kosten voor een bruto-productiemeter die bij haar in rekening worden gebracht op grond van artikel 2.1 van de overeenkomst voor rekening van One Solar zijn. [de VOF en BVs] verwijst naar de bijlage die bij productie 10 bij dagvaarding is overgelegd waaruit blijkt dat het periodieke kosten van meetdienst Innax zijn en deze van 2020 tot en met 2024 € 1.606,92 bedragen. De kantonrechter gaat aan het bezwaar van One Solar dat het een onterechte eiswijzing is voorbij. Uit bijlage 1 bij productie 10 bij dagvaarding blijkt wel dat [de VOF en BVs] steeds kosten van de meetdienst bedoeld heeft. De vermelding in artikel 2.1 van de overeenkomst over kosten van de bruto-productiemeter kan naar het oordeel van de kantonrechter niet zo ruim worden opgevat dat daarmee ook kosten van de meetdata worden bedoeld. Omdat in artikel 2.1 ook staat “
De meetdata van de bruto productiemeter zijn voor Klant en One Solar” en beiden daar feitelijk inzicht in hebben en afrekening via [de V.O.F.] loopt, is het redelijk dat beiden de helft van die kosten dragen. Dit betekent dat [de VOF en BVs] een bedrag van € 803,46 (€ 1.606,92 / 2) kan verrekenen.
Opruimingskosten
5.21.
[de VOF en BVs] stelt een bedrag van € 16.510,00 te reserveren voor het verwijderen van het zonne-energiesysteem aan het einde van de looptijd van de overeenkomst. Dit omdat [de VOF en BVs] meent dat zij na aanpassing van het zonnesysteem geen zekerheid meer achter de hand heeft dat One Solar voldoet aan haar verplichting het zonne-energiesysteem op te ruimen en af te voeren. Als grondslag beroept [de VOF en BVs] zich op de aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid.
5.22.
De kantonrechter is van oordeel dat er geen grond bestaat voor de gestelde reservering op grond van de aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid. Er is voor de aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid op de grond van artikel 6:248 lid 1 BW plaats indien een overeenkomst ter zake van een bepaald onderwerp een leemte bevat die door de wet en de gewoonte niet worden opgevuld. Of een zodanige leemte aanwezig is, moet door uitleg van de overeenkomst worden vastgesteld. De eerste vraag is dus of partijen ten onrechte verzuimd hebben een regeling te treffen voor zekerheid van [de VOF en BVs] Pas daarna komt de vraag aan de orde hoe een dergelijke afspraak zou moeten luiden. Het feit dat er voor [de VOF en BVs] een risico is dat One Solar de zonnepanelen aan het einde van de overeenkomst niet zal verwijderen en dat een schadepost voor [de V.O.F.] kan opleveren, biedt onvoldoende grondslag om te oordelen dat partijen een regeling hadden moeten treffen voor opruimkosten. Er is dus geen sprake van een leemte in de overeenkomst die opgevuld moet worden. Aan het beroep op verrekening wordt dan ook voorbij gegaan.
Energienota’s over het jaar 2023
5.23.
One Solar vordert dat [de VOF en BVs] wordt veroordeeld de energienota’s van haar energieleverancier te verstrekken op straffe van een dwangsom. Ter zitting heeft [de VOF en BVs] aangegeven dat die verstrekt kunnen worden en deze vordering zal daarom toegewezen worden. Daarbij ziet de kantonrechter ook reden om de dwangsom toe te wijzen zoals gevorderd is. [de V.O.F.] heeft ter zitting namelijk een voorbehoud gemaakt dat het systeem eerst aangepast moet worden, maar met de toewijzing van die tegenvordering als hierna wordt overwogen is er voor dat voorbehoud geen reden meer.
5.24.
Voor het overige zal iedere beslissing worden aangehouden.
De tegenvordering
5.25.
[de VOF en BVs] vordert aanpassing van de aansluiting zodat de opgewekte energie niet via haar aansluiting aan het net wordt teruggeleverd en naar het bedrijf van [de V.O.F.] wordt geleid, maar volledig aan het net zal worden teruggeleverd. Gelet op wat hiervoor is overwogen, is deze vordering toewijsbaar. De gevorderde dwangsom wordt gemaximeerd tot € 30.000,00 omdat [de VOF en BVs] op basis van de toegewezen vordering vanaf vier maanden na betekening van het vonnis zelf de aansluiting mag laten aanpassen door een deskundige. One Solar zal daarbij veroordeeld worden in de kosten van die werkzaamheden tot aanpassing na vertoon van een gespecificeerde factuur van die deskundige.
5.26.
[de VOF en BVs] vordert vergoeding van kosten voor de bruto-productiemeter. Over deze vordering is in conventie al overwogen dat [de VOF en BVs] voor het bedrag van € 803,46 een beroep op verrekening toekomt. In geval van daadwerkelijke verrekening in conventie, zal de vordering hier worden afgewezen.
5.27.
In afwachting van de verdere beoordeling in conventie, zal iedere beslissing worden aangehouden.

6.De beslissing

De kantonrechter
de vordering
6.1.
verwijst de zaak naar de rol van
woensdag 16 juli 2025om One Solar in de gelegenheid te stellen een akte te nemen omtrent hetgeen onder 5.12 is overwogen. [de VOF en BVs] zal vervolgens in de gelegenheid worden gesteld om bij antwoordakte te reageren;
6.2.
iedere verdere beslissing wordt aangehouden.
de tegenvordering
6.3.
houdt iedere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.A. Badal en in het openbaar uitgesproken op 2 juli 2025.