ECLI:NL:RBZWB:2025:4571
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet betalen griffierecht
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 15 juli 2025, wordt het beroep van eisers tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda behandeld. Het beroep is ingediend tegen een besluit van 28 januari 2025. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het griffierecht van € 194,- niet is betaald. De rechtbank wijst erop dat volgens artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) het griffierecht tijdig moet worden voldaan. De griffier heeft eisers op 27 maart 2025 en opnieuw op 25 april 2025 gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht, maar eisers hebben dit niet gedaan. De rechtbank concludeert dat er geen verontschuldigbare reden is voor het niet tijdig betalen van het griffierecht. Hierdoor blijft het bestreden besluit in stand en wordt het beroep niet inhoudelijk beoordeeld. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.