Op 4 juli 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende een verzoek van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) voor een rechterlijke machtiging tot opname en verblijf van een betrokkene, geboren in 1949, die lijdt aan het syndroom van Korsakov. De rechtbank heeft de machtiging verleend voor de duur van zes maanden, na een mondelinge behandeling waarbij de betrokkene, haar advocaat, een specialist ouderengeneeskunde, een verpleegkundige en familieleden aanwezig waren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene niet in staat is voor zichzelf te zorgen en dat er ernstig nadeel dreigt als zij naar huis zou gaan. De specialist ouderengeneeskunde heeft verklaard dat de betrokkene, door haar aandoening, niet in staat is om haar medicatie in te nemen en dat er sprake is van zelfverwaarlozing. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn en dat opname noodzakelijk is om het ernstig nadeel te voorkomen. De machtiging is verleend tot en met 4 januari 2026.