Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[betrokkene]
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 22 mei 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. Betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen voor het negeren van een rood verkeerslicht op de Burg. Freijterslaan te Roosendaal op 12 augustus 2023. Betrokkene heeft beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierna heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter. Tijdens de zitting op 22 mei 2025 was betrokkene niet aanwezig, maar de zittingsvertegenwoordiger van de officier van justitie was wel aanwezig. De kantonrechter heeft de gedraging beoordeeld aan de hand van de beschikbare bewijsstukken, waaronder foto's van de gedraging. Betrokkene voerde aan dat de gedraging niet had plaatsgevonden, maar de kantonrechter oordeelde dat de verklaring van de verbalisant en de foto's voldoende bewijs boden voor de vaststelling van de gedraging. De kantonrechter concludeerde dat de boete terecht was opgelegd en verklaarde het beroep ongegrond. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. W.H.C. van Eck, bijgestaan door griffier C.G. Zevenhuijzen.