Op 27 januari 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaken met zaaknummers BRE 24/775 en 24/1648. De rechtbank beoordeelt het beroep van belanghebbende tegen de uitspraken van de inspecteur van de belastingdienst van 24 november 2023. Het betreft een bezwaar tegen de aanslag IB/PVV voor de jaren 2020 en 2021. Belanghebbende heeft in beroep de afwijzing van het verzoek om ambtshalve vermindering van de aanslag voor het jaar 2020 aangevochten. De rechtbank heeft vastgesteld dat belanghebbende niet tijdig heeft gereageerd op de uitnodiging om op de zitting te verschijnen en dat het beroepschrift te laat is ingediend. De termijn voor het indienen van beroep eindigde op 5 januari 2024, maar het beroepschrift is pas op 6 januari 2024 ingediend. De rechtbank concludeert dat de beroepen niet-ontvankelijk zijn omdat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar is. De rechtbank draagt de inspecteur op om het beroepschrift van belanghebbende als bezwaarschrift in behandeling te nemen. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van de beslissing.