Op 27 januari 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak BRE 24/2557, waarin belanghebbende beroep aantekende tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Alphen Chaam. De heffingsambtenaar had op 25 februari 2023 de WOZ-waarde van de woning van belanghebbende vastgesteld op € 291.000, met als waardepeildatum 1 januari 2022. Belanghebbende stelde de heffingsambtenaar in gebreke en diende bezwaar in, maar dit werd op 13 februari 2024 ongegrond verklaard. De rechtbank behandelde de zaak op 18 december 2024, waarbij belanghebbende en zijn gemachtigde aanwezig waren, evenals mr. A.K. Bisoen namens de heffingsambtenaar.
Tijdens de zitting bereikten partijen een compromis, waarbij de WOZ-waarde werd verlaagd tot € 260.000. De rechtbank oordeelde dat er geen geschil bestond over de toekenning van een dwangsom van € 357 en de wettelijke rente. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak op bezwaar, en bepaalde dat de heffingsambtenaar de griffierechten van € 51 en proceskosten van € 1.100,50 aan belanghebbende moest vergoeden. De uitspraak werd openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl en een afschrift werd naar de partijen verzonden.