Uitspraak
1.[werkgever 1] B.V. (in liquidatie),
[werkgever 2] B.V.,
1.De zaak in het kort
2.De procedure
3.De feiten
“(…)Na zorgvuldig overleg met de aandeelhouder: [aandeelhouder] , mede naar aanleiding van het vertrek van [naam] , is besloten om de structuur van de onder haar vallende WMO groep te herzien. Overeengekomen is het aantal B.V’s in de WMO groep teruggebracht tot 2: [bedrijf 1] B.V. en [werkgever 2] B.V ( [werkgever 2] ). Dit laatste vooral omdat daar duidelijker naar voren komt dat wij geen poetsen/hulpen zijn maar huishoudelijke ondersteuners.
Daarnaast is met ARBO en UWV overeengekomen dat zieke medewerkers bij opheffen van de BV kunnen overgaan naar de UWV.”.
4.Het verzoek en het verweer
5.5. De beoordeling
gewoon” bij het UWV kunnen worden aangemeld om na een intakegesprek een uitkering te ontvangen, zoals in het verweerschrift is gesteld. Ook daarvoor ontbreekt iedere onderbouwing. Van een door [werkgever 1] in de e-mail van 25 november 2024 gememoreerde afspraak is niet gebleken. [werkgever 1] en [werkgever 2] worden daarom niet gevolgd in het verweer dat de arbeidsovereenkomst met [werknemer] is geëindigd.
6. De beslissing