Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
2.De feiten
3.De vorderingen
ieder dagdeel(de voorzieningenrechter verstaat hier: per dag) dat de GI en de man nalatig zijn om aan het deze te wijzen vonnis te voldoen, tot een maximum van € 50.000,= danwel een bedrag door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen;
uw Hof(de voorzieningenrechter verstaat hier: de voorzieningenrechter)
uw Hof(de voorzieningenrechter verstaat hier: de voorzieningenrechter).
4.De standpunten en het advies van de Raad
5.De beoordeling in conventie en in reconventie
1.107,00
tijdelijkzal plaatsvinden onder regie van de GI, totdat in de bodemprocedure anders is beslist of partijen hierover samen tot overeenstemming zijn gekomen, dan wel er op een eventueel verzoek van de GI tot vaststelling van een regeling zal zijn beslist. De voorzieningenrechter kan zich voorstellen dat de weekendregeling zoals door partijen in april 2024 is overeengekomen, een voor de hand liggend doel is van deze tijdelijke contactregeling.
6.De beslissing
voorlopiggerechtigd zijn tot het hebben van contact met elkaar: