ECLI:NL:RBZWB:2025:3031

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
14 mei 2025
Publicatiedatum
20 mei 2025
Zaaknummer
11453076 \ EXPL 24-4421
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • M. Ebben
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van APK en reparaties na auto-aankoop met beroep op dwaling

In deze civiele zaak heeft eiser, [verkoper], een APK en reparaties uitgevoerd aan de auto van gedaagde, [koper], en vordert betaling voor deze diensten. Gedaagde heeft opdracht gegeven voor de APK, maar vordert op haar beurt het aankoopbedrag van de auto terug, omdat zij zich misleid voelt over de staat van de auto. De kantonrechter oordeelt dat gedaagde niet kan bewijzen dat er onjuiste informatie is verstrekt door eiser. Gedaagde had de mogelijkheid om een proefrit te maken en navraag te doen over de staat van de auto, maar heeft dit nagelaten. Haar beroep op vernietiging van de koopovereenkomst op grond van dwaling wordt afgewezen. De kantonrechter oordeelt dat eiser recht heeft op betaling voor de uitgevoerde APK en reparaties, en wijst de vordering van gedaagde tot terugbetaling van het aankoopbedrag af. De proceskosten worden toegewezen aan eiser.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Breda
Zaaknummer: 11453076 \ CV EXPL 24-4421
Vonnis van 14 mei 2025
in de zaak van
[verkoper] , H.O.D.N. [bedrijf van verkoper],
te [plaats 1] ,
eisende partij in conventie,
verwerende partij in reconventie,
hierna te noemen: [verkoper] ,
gemachtigde: mr. M.M.A.A. van Oosterhout,
tegen
[koper],
te [plaats 2] ,
gedaagde partij in conventie,
eisende partij in reconventie,
hierna te noemen: [koper] ,
gemachtigde: [gemachtigde] .
De zaak in het kort
[verkoper] heeft een APK en reparaties uitgevoerd voor de auto van [koper] en vordert betaling hiervan. Uit haar berichten blijkt dat [koper] hiervoor opdracht heeft gegeven. [koper] moet daarom voor de APK en de bijbehorende reparaties betalen. [koper] vordert op haar beurt het aankoopbedrag van de auto terug van [verkoper] . [koper] heeft de auto van [verkoper] gekocht en zij voelt zich misleid. Volgens [koper] heeft [verkoper] onjuiste informatie over de auto gegeven, maar dit is niet gebleken. Daarnaast had [koper] ook zelf een proefrit kunnen maken of navraag kunnen doen naar de staat van de auto, maar dit heeft zij allemaal niet gedaan. Haar beroep op vernietiging van de koopovereenkomst op grond van dwaling slaagt niet, zodat haar vordering wordt afgewezen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 31 december 2024 met de daarin genoemde stukken,
  • het bericht van 31 maart 2025 met producties van [verkoper] ,
  • het bericht van 2 april 2025 met productie van [verkoper] ,
  • de op 11 april 2025 overgelegde producties van [koper] ,
  • de mondelinge behandeling van 11 april 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Op 27 september 2023 heeft [verkoper] een auto verkocht aan [koper] (Peugeot Cabrio 1.6, [kenteken], bouwjaar 2006, kilometerstand 213.935). [gemachtigde] is namens [koper] naar de auto gaan kijken. De auto stond op dat moment op de brug. Later die dag heeft [gemachtigde] (namens [koper] ) via Marktplaats een bod gedaan op de auto. Uiteindelijk zijn partijen telefonisch akkoord gegaan met een bedrag van € 2.500,00.
2.2.
Op 28 september 2023 is [koper] ter plaatste gekomen om de koopovereenkomst te tekenen en is de auto opgehaald. Op de overeenkomst staat onder meer geschreven:
“geen garantie verkocht tegen handelsgeld gezien en accoord bev. Zo mee als hij is, door koper gekend -1400 korting”.
Verder staat op de overeenkomst aangevinkt en met daarbij een paraaf van [koper] :
“AUTOTRUST garantie nvt koper ziet af van AUTOTRUST garantie
GEEN GARANTIE i.v.m. afgedongen prijs org. Prijs was € 3900,-”.
2.3.
Op 29 september 2023 heeft [koper] de auto teruggebracht naar [verkoper] vanwege klachten.
2.4.
Op 17 november 2023 heeft [gemachtigde] (namens [koper] ) per e-mailbericht onder meer gestuurd:
“Heb gelukkig alleen opdracht gegeven voor de apk en meer niet.”.
2.5.
Op de factuur van 19-10-2023 van [verkoper] staat:
“Peugeot 307 CC/ [kenteken]/ 213935KM
Zoals besproken gebreken opgelost ondanks dat deze uitdrukkelijk is verkocht tegen handelsprijs zonder enige vorm van garantie.
Recht zetten stuur
rep beide dimlichten
opsporen gordel vergr. Links
vervangen startmotor/ zekering
rep. Airbag waarschuwing
tanken € 15,--
rep regelklep kachel € 450,--
opdracht tot APK/afleverings kosten
tankdop afsluitbaar nieuw € 15,--
stofhoes stuurhuis nieuw € 15,--
remblokken achter nieuw € 43,15
APK € 38,20
Arbeid€ 82,50
€ 194,75
BTW 21%€ 40,90
€ 235€ 235,--
€ 685,--
Te voldoen binnen 7 dagen na factuur datum”.

3.Het geschil

in conventie
3.1.
[verkoper] vordert - samengevat – veroordeling van [koper] tot betaling van € 787,75 en stallingskosten, vermeerderd met rente en proceskosten. [verkoper] legt aan de vorderingen ten grondslag dat [koper] is tekortgeschoten in de nakoming van haar betalingsverplichting uit de overeenkomst. In opdracht van [koper] heeft [verkoper] een APK en de nodige reparaties uitgevoerd aan de auto van [koper] en hiervan vordert [verkoper] betaling. [verkoper] heeft gebruik gemaakt van zijn retentierecht en heeft de auto achtergehouden totdat [koper] zou betalen. [verkoper] vordert daarom ook een vergoeding voor de stallingskosten.
3.2.
[koper] voert verweer. [koper] voert aan dat zij geen opdracht heeft gegeven voor het uitvoeren van een APK en reparaties aan de auto. Ook betwist [koper] stallingskosten verschuldigd te zijn.
in reconventie
3.3.
[koper] vordert - samengevat – veroordeling van [verkoper] tot (terug)betaling van het aankoopbedrag van de auto van € 2.500,00. [koper] legt aan de vordering ten grondslag dat de koopovereenkomst voor de auto moet worden vernietigd op grond van dwaling. [koper] voert aan dat [verkoper] verkeerde informatie over de auto heeft gegeven en dat [verkoper] zich voordeed alsof hij aangesloten was bij BOVAG.
3.4.
[verkoper] voert verweer. Hij betwist dat hij zich heeft voorgedaan als lid van BOVAG en voert aan dat hij wel alle informatie juist heeft medegedeeld over de auto.
3.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

in conventie en reconventie
4.1.
Gelet op de samenhang tussen de vorderingen in conventie en in reconventie zullen beide geschillen gezamenlijk worden behandeld.
Dwaling
4.2.
[koper] doet een beroep op vernietiging van de koopovereenkomst van de auto op grond van dwaling. De kantonrechter stelt voorop dat voor een geslaagd beroep op dwaling is vereist dat sprake is van een onjuiste voorstelling van zaken op grond waarvan de overeenkomst is aangegaan en dat de overeenkomst bij een juiste voorstelling van zaken niet of niet op dezelfde voorwaarden zou zijn gesloten. Verder moet sprake zijn van één van de volgende drie gevallen: a) de wederpartij heeft een onjuiste inlichting gegeven, b) de wederpartij heeft een mededelingsplicht geschonden, of c) er is sprake van wederzijdse dwaling. [1]
Mededeling over geldigheid van de APK
4.3.
Volgens [koper] heeft [verkoper] voor het aangaan van de koopovereenkomst niet gemeld dat de auto geen geldige APK meer had, maar [verkoper] betwist dit. Partijen verschillen van mening over de vraag of de geldigheidsdatum van de APK in de advertentie vermeld stond. De kantonrechter overweegt dat de vraag of [verkoper] dit voorafgaand aan de verkoop (al dan niet via de advertentie) heeft medegedeeld in het midden kan blijven. Voor een geslaagd beroep op dwaling moet namelijk ook vast staan dat [koper] de overeenkomst niet zou hebben gesloten als zij wist dat de APK van de auto was verlopen. Ter zitting is besproken dat op het moment dat [koper] wilde wegrijden met de auto op 28 september 2023 [verkoper] heeft gezegd dat de auto geen geldige APK meer had. [koper] heeft toegelicht dat zij vervolgens is weggereden en dat zij de APK de volgende dag wilde regelen. Nu [koper] met deze wetenschap de auto heeft meegenomen acht de kantonrechter het niet aannemelijk dat [koper] de auto niet, of niet onder dezelfde voorwaarden, had gekocht als zij (vooraf) wist dat deze geen geldige APK had.
Geen onjuiste inlichting over de staat van de auto of garantie
4.4.
[koper] stelt ook dat de auto ‘tip top’ in orde had moeten zijn gelet op de advertentie en omdat [verkoper] dit heeft gezegd. De kantonrechter begrijpt dat [koper] hiermee bedoelt dat [verkoper] een onjuiste mededeling heeft gedaan over de auto, omdat de auto niet in orde bleek te zijn. Zo kon volgens [koper] de gordel niet vast, bleef de kachel aan, stond het stuur scheef, deed de verlichting het niet en nadat zij was gestopt wilde de auto niet meer starten. [verkoper] betwist dat hij heeft gezegd dat de auto in orde was en voert aan dat [koper] de auto heeft gekocht in de staat ‘als hij is’, zoals ook op de koopovereenkomst staat geschreven.
4.5.
De kantonrechter kan gelet op de betwisting daarvan door [verkoper] niet vaststellen dat [verkoper] gezegd heeft dat de auto ‘tip top’ in orde was en daarmee een onjuiste mededeling heeft gedaan over de auto. De advertentie waaruit dit zou moeten blijken heeft [koper] niet overgelegd, zodat de kantonrechter dit niet kan beoordelen. In de door [verkoper] overgelegde WhatsApp-berichten van partijen ziet de kantonrechters enkele gedeeltes van de advertentietekst, maar hieruit volgt ook niet dat een dergelijke mededeling over de auto is gedaan.
4.6.
De kantonrechter overweegt dat in dit kader ook meeweegt wat [koper] onder de gegeven omstandigheden mocht verwachten van de auto. De kantonrechter overweegt dat ([gemachtigde] namens) [koper] naar aanleiding van de advertentie op www.marktplaats.nl naar de auto kwam kijken en dat de auto op dat moment op de brug stond. Ter zitting heeft [koper] toegelicht dat een proefrit maken mogelijk was, maar dat zij er zelf voor heeft gekozen om daarvan geen gebruik te maken. Ook heeft [koper] er expliciet voor gekozen om geen garantie(pakket) af te nemen, zoals ook blijkt uit de getekende overeenkomst. Bij een auto van (op dat moment) 17 jaar oud met een kilometerstand van 213.935 is de kantonrechter van oordeel dat van [koper] mag worden verwacht dat zij zelf ook enig onderzoek doet naar de auto of navraag doet naar de staat van de auto.
4.7.
[koper] heeft nog toegelicht dat zij er op vertrouwde dat de auto goed was, omdat [verkoper] de indruk heeft gewekt dat hij lid was van BOVAG, terwijl dat niet het geval is. [verkoper] heeft toegelicht dat hij sinds vijf jaar geleden geen lid meer is BOVAG. Er staat een logo van BOVAG op een oud bord, maar dit bord bevindt zich op zo’n 40 meter afstand van de ingang van de showroom en het logo staat helemaal onderaan en was voorheen altijd verscholen achter onkruid. Het BOVAG spandoek hangt al jaren niet meer op het pand en deze heeft [koper] waarschijnlijk gezien op foto’s van oudere auto’s op de website uit de tijd dat hij nog lid was. Voor zover er op een factuur een logo staat heeft [verkoper] aangegeven dat dit een fout is geweest.
4.8.
De kantonrechter overweegt dat [koper] niet gesteld heeft dat op het moment van aankoop of op foto’s van de aangekochte auto een spandoek van BOVAG te zien was. Of het logo ook op een factuur stond kan de kantonrechter niet beoordelen, omdat [koper] de betreffende factuur niet heeft overgelegd, maar dit is bovendien een omstandigheid die zich pas na de aankoop heeft voorgedaan. Nog los van de vraag of [verkoper] met het enkele bord de indruk heeft gewekt dat hij BOVAG-lid is, overweegt de kantonrechter dat het lid zijn van BOVAG nog niet meteen meebrengt dat de auto in goede staat is of dat er een bepaalde garantie geldt. Ook als [verkoper] lid zou zijn geweest van BOVAG, dan had [koper] onderzoek moeten doen naar de auto en een aparte garantie moeten afnemen indien zij dat wilde. De kantonrechter is van oordeel dat niet is gebleken dat [verkoper] over de staat van de auto of het lid zijn van BOVAG onjuiste informatie heeft gegeven.
4.9.
Voor zover [koper] nog bedoeld heeft dat [verkoper] een onjuiste inlichting heeft gegeven over de kilometerstand van de auto in de advertentie, overweegt de kantonrechter dat in ieder geval op de getekende overeenkomst de juiste kilometerstand vermeld staat, zodat [koper] hiervan op de hoogte was ten tijde van het aangaan van de koopovereenkomst.
De vordering van [koper] wordt afgewezen
4.10.
Het beroep van [koper] op vernietiging van de koopovereenkomst op grond van dwaling slaagt niet. Dit betekent dat de vordering van [koper] in reconventie tot terugbetaling van het aankoopbedrag moet worden afgewezen.
Factuur voor APK en reparaties
4.11.
Anders dan [koper] stelt is de kantonrechter van oordeel dat uit de WhatsApp-berichten van [koper] duidelijk blijkt dat zij opdracht heeft gegeven voor het uitvoeren van een APK. De kantonrechter is van oordeel dat hierbij ook de voor de APK benodigde reparaties horen, want zonder deze reparaties zou de auto niet door de keuring komen. [verkoper] heeft de bijbehorende factuur van 19 oktober 2023 overgelegd, maar de kantonrechter overweegt dat niet alle daarop in rekening gebrachte reparaties te maken hebben met de APK, zoals de kosten voor de kachel van € 398,13 inclusief btw. Verder is de kantonrechter van oordeel dat de tankdop en stofhoes ook niet tot benodigde reparaties voor de APK behoren, zodat deze kosten van in totaal € 30,00 ook in mindering moeten komen op de factuur van [verkoper] .
4.12.
De kantonrechter zal met inachtneming van het voorgaande een bedrag van € 251,22 toewijzen. Dit is de som van € 51,87 (€ 450 minus € 398,13) plus € 199,35 (€ 194,75 minus € 30,00 vermeerderd met 21% btw). De hierover gevorderde wettelijke rente is toewijsbaar na 7 dagen na de factuurdatum van 19 oktober 2023, dus vanaf 27 oktober 2023.
Stallingskosten
4.13.
[verkoper] heeft de auto onder zich gehouden op grond van zijn retentierecht. [2] [verkoper] is bevoegd de afgifte van de auto aan [koper] op te schorten totdat [koper] de factuur van [verkoper] heeft voldaan. [verkoper] vraagt nu een vergoeding van de kosten voor de stalling van de auto, omdat hij als goed huisvader voor de auto heeft moeten zorgen zolang hij deze onder zicht heeft. [3]
4.14.
De kantonrechter is van oordeel dat het stallen van een auto op het terrein bij een autogarage in beginsel geen kosten met zich brengt. [verkoper] heeft weliswaar gesteld dat hij als goed huisvader de auto verwarmd heeft moeten stallen, maar naar het oordeel van de kantonrechter heeft hij niet voldoende onderbouwd dat hij daadwerkelijk kosten heeft moeten maken. Overigens heeft [verkoper] ter zitting zelf nog toegelicht dat voor het goed zorgdragen van de auto eigenlijk ook vereist is om de auto eens per maand te starten voor het behoud van de accu en dat heeft hij dan weer niet gedaan. De kantonrechter ziet dan ook geen aanleiding om stallingskosten toe te wijzen en wijst deze af.
Buitengerechtelijke incassokosten
4.15.
[verkoper] vordert vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. Het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten is van toepassing. De kantonrechter stelt vast dat [koper] een consument is (een natuurlijk persoon die niet heeft gehandeld in de uitoefening van een beroep of bedrijf). Daarom moet de kantonrechter controleren of er is voldaan aan de dan geldende extra eisen voor de verschuldigdheid van buitengerechtelijke incassokosten. [4] Eén van die eisen is dat [verkoper] aan [koper] een aanmaning stuurt waarbij een betalingstermijn van veertien dagen wordt gegeven die ingaat op de dag na ontvangst van de aanmaning door [koper] . Een dergelijke termijn heeft [verkoper] niet gegeven, zodat de gevorderde vergoeding om die reden moet worden afgewezen.
Proceskosten
in conventie
4.16.
[koper] is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van [verkoper] worden begroot op:
- kosten van de dagvaarding
113,54
- griffierecht
218,00
- salaris gemachtigde
80,00
(2 punten × € 40,00)
- nakosten
20,00
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
431,54
in reconventie
4.17.
[koper] is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten betalen. De proceskosten van [verkoper] worden begroot op:
- salaris gemachtigde
102,00
(1 punt x factor 0,5 × € 204,00)
Totaal
102,00

5.De beslissing

De kantonrechter
in conventie
5.1.
veroordeelt [koper] om aan [verkoper] te betalen een bedrag van € 251,22, vermeerderd met de wettelijke rente hierover vanaf 27 oktober 2023,
5.2.
veroordeelt [koper] in de proceskosten van € 431,54, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als [koper] niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
5.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
5.5.
wijst de vorderingen van [koper] af,
5.6.
veroordeelt [koper] in de proceskosten van € 102,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe.
Dit vonnis is gewezen door mr. Ebben en in het openbaar uitgesproken op 14 mei 2025.

Voetnoten

1.Artikel 6:228 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
2.Artikel 3:290 BW.
3.Artikel 3:293 BW.
4.Artikel 6:96 leden 5 en 6 BW.