Beoordeling door de rechtbank
Wat is de strekking van het besluit van 23 januari 2023.
9. De rechtbank ziet zich eerst voor de vraag gesteld wat de strekking is van het besluit van 23 januari 2023. Buiten de weigering een maatwerkvoorziening voor dagbesteding toe te kennen, is in dit besluit immers ook iets opgenomen over de toekenning van een maatwerkvoorziening voor specialistische begeleiding.
10. Ter zitting is door het college gesteld dat het besluit over de begeleiding al voorafgaand aan het besluit van 23 januari 2023 afgegeven had moeten worden. Dit is niet gedaan, waarna alsnog op 31 januari 2023 een besluit is afgegeven over de begeleiding. Het college stelt zich op het standpunt dat in het besluit van 23 januari 2023 nog geen besluit is genomen over de maatwerkvoorziening begeleiding.
11. De rechtbank stelt vast dat in het besluit van 23 januari 2023 duidelijk en zonder voorbehoud is meegedeeld dat eiser recht heeft op specialistische begeleiding. Dat het mogelijk niet de bedoeling was van het college om in het besluit van 23 januari 2023 te beslissen over het recht op een maatwerkvoorziening in de vorm van specialistische begeleiding, maakt dat niet anders. Met het besluit van 23 januari 2023 is dan ook beslist op de aanvraag voor begeleiding. De brief van 31 januari 2023 is daarmee een herhaling van wat al eerder is besloten en kan daarom niet aangemerkt worden als een besluit. Bij de verdere beoordeling gaat de rechtbank er dan ook van uit dat in het besluit van 23 januari 2023 zowel een besluit is afgegeven over de dagbesteding, als over de begeleiding.
Omvang geding in beroep12. Met het besluit van 15 juni 2023 is alsnog specialistische begeleiding toegekend voor 5 uur per week vanaf 27 maart 2023 en wel tot en met 31 december 2023. Eiser heeft gevraagd om 5 uur begeleiding. Ook in zijn zienswijze en tijdens de hoorzitting is om 5 uur begeleiding gevraagd. Dit betekent dat met het besluit van 15 juni 2023 volledig is tegemoet gekomen aan eiser voor zover het gaat om de aanvraag voor begeleiding. De in beroep opgeworpen, en overigens niet verder onderbouwde, stelling dat eiser recht heeft op 6 uur begeleiding per week valt dus buiten de omvang van zijn aanvraag en daarmee ook buiten de omvang van het geding. De rechtbank zal die beroepsgrond daarom verder onbesproken laten.
Wat beoordeelt de rechtbank?
13. De rechtbank beoordeelt of het college terecht heeft besloten dat eiser niet in aanmerking komt voor een maatwerkvoorziening dagbesteding. Zij doet dat aan de hand van de beroepsgronden van eiser.
14. De rechtbank is van oordeel dat het college terecht heeft geweigerd om een maatwerkvoorziening voor dagbesteding toe te kennen. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
15. De voor de beoordeling van het beroep belangrijke wet- en regelgeving is te vinden in de bijlage bij deze uitspraak.
16. Eiser heeft zich op het standpunt gesteld dat er geen sprake is van een algemene voorziening die voor iedereen beschikbaar is. Er is sprake van een medische beoordeling wat niet past binnen de laagdrempeligheid van algemene voorziening. Ter onderbouwing van deze stelling heeft eiser verwezen naar de website van de gemeente. Eiser heeft opgemerkt dat niet beoordeeld kan worden of de dagbestedingen, genoemd door het college, passend zijn. Eiser heeft stukken opgevraagd met betrekking tot de aanbieders en de kwalificaties van de medewerkers. Deze stukken heeft hij niet ontvangen. Eiser heeft zelf navraag gedaan bij aanbieders en daaruit volgt dat de aangeboden dagbesteding niet passend is. De reguliere dagbesteding is niet passend voor eiser, gelet op de bredere problematiek. Eiser heeft verder nog aangevoerd dat het college geen rekening heeft gehouden met de continuïteit van de zorg, de voorkeuren van eiser en dat het onverantwoord is om eiser naar de standaardopvang te sturen.
Wat is een algemene voorziening?
17. Een algemene voorziening is een voorziening die zonder voorafgaand onderzoek toegankelijk is.
In de Memorie van Toelichting (MvT) is over een algemene voorziening het volgende opgenomen:
Om van een algemene voorziening gebruik te kunnen maken, is geen uitgebreid onderzoek naar de persoonskenmerken en behoeften van de aanvrager noodzakelijk. Een formele beslissing (beschikking) van de gemeente is niet nodig. De aanvrager die tot de doelgroep van de voorziening behoort, kan er meestal meteen gebruik van maken. Is de aanvrager van mening dat hij niet voldoende wordt ondersteund met een algemene voorziening, dan geeft hij dat aan bij de persoon met wie hij contact heeft gehad, dan kan hij een maatwerkvoorziening aanvragen.
en
Kenmerkend voor een algemene voorziening is dat het gaat om in beginsel vrij toegankelijke – dat wil zeggen: zonder dat eerst een diepgaand onderzoek naar de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van de gebruikers – diensten, activiteiten of zaken, gericht op zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen of opvang. Om misverstand te voorkomen, zij erop gewezen dat het uiteraard ook mogelijk is dat iemand die een aanvraag om een maatwerkvoorziening doet, nadat het college zijn behoefte aan ondersteuning heeft onderzocht, naar een algemene voorziening wordt verwezen. De diensten, activiteiten of zaken kunnen toegankelijk zijn voor specifieke groepen of soms ook voor de gehele bevolking.
Uit de MvT volgt dat in het kader van de beoordeling of iemand toegang heeft tot een algemene voorziening een algemeen onderzoek kan plaatsvinden. Het enkele feit dat een (globaal) onderzoek plaatsvindt, betekent dus niet zondermeer dat er geen sprake meer kan zijn van een algemene voorziening.
Is er sprake van een algemene voorziening?
18. Eiser heeft, met verwijzing naar de website van de gemeente, opgemerkt dat er een (medisch) onderzoek plaatsvindt en dat er daarom geen sprake is van een algemene voorziening. Ter zitting heeft het college toegelicht dat door [organisatie 2] en [organisatie 3] (de hoofdaanbieders van de dagbestedingen) geen uitgebreid onderzoek wordt gedaan en evenmin door de ‘onderaannemers’. Een belanghebbende kan zich telefonisch melden of via de website, waarbij de belanghebbende een voorkeur voor de soort dagbesteding kan aangeven. Vervolgens vindt er een gesprek plaats tussen de belanghebbende en de zorgaanbieder en wordt gekeken wat het beste bij de belanghebbende past. Daarbij wordt uitgegaan van de beperkingen die een belanghebbende zelf aangeeft te hebben. Een medisch onderzoek wordt dus niet verricht.
19. De rechtbank stelt vast dat het onderzoek, zoals weergegeven ter zitting door het college, uitsluitend bedoeld is om te bepalen welke dagbesteding het beste aansluit bij de wensen van een belanghebbende en de beperkingen die hij zelf stelt te hebben. Dat er een gesprek plaatsvindt om hierover duidelijkheid te krijgen is logisch en maakt niet dat gesproken moet worden van een uitgebreid c.q. diepgaand onderzoek. De rechtbank is daarom van oordeel dat er sprake is van een vrij toegankelijke voorziening. Eiser wordt dan ook niet gevolgd in zijn stelling dat er geen sprake is van een algemene voorziening.
Is de algemene voorziening passend voor eiser?
20. Vervolgens ziet de rechtbank zich voor de vraag gesteld of de dagopvangplekken die kunnen worden aangeboden passend zijn voor eiser. Het college heeft een aantal dagopvangplekken als voorbeeld genoemd die voor eiser passend zouden zijn.
21. In de beslissing op bezwaar is het college gemotiveerd ingegaan op de bezwaren die eiser tegen deze dagopvangplekken naar voren heeft gebracht. Daarbij heeft het college inzichtelijk toegelicht waarom de genoemde dagopvangplekken een passende oplossing zijn voor eiser. Eiser is in beroep op die motivering niet ingegaan en heeft volstaan met te herhalen wat hij in bezwaar heeft gesteld.
22. Ter toetsing in beroep ligt voor het bestreden besluit. Omdat eiser niet concreet heeft aangegeven waarom hij het niet eens is met de motivering daarvan, ziet de rechtbank geen aanleiding om aan te nemen dat die motivering onjuist of ontoereikend is. De rechtbank twijfelt er dan ook niet aan dat de dagopvangplekken passend zijn voor eiser.
23. Eisers stelling dat het college stukken had moeten overleggen over de aanbieders en de kwalificaties van de medewerkers volgt de rechtbank niet. Zoals hiervoor is opgemerkt heeft het college voldoende inzichtelijk gemotiveerd waarom de aangeboden dagopvang passend is voor eiser. Zonder nadere onderbouwing van eiser heeft de rechtbank geen aanleiding om te twijfelen aan de kwalificaties van de individuele medewerkers. Verder heeft het college ter zitting nog gesteld dat er vanuit de zorgaanbieders gekeken wordt of iemand in een groep moet komen met gespecialiseerde ondersteuners of met algemene ondersteuners. Ook hieruit volgt dat er door de aanbieders binnen de groep ondersteuners met verschillende gekwalificeerde medewerkers wordt gewerkt.
24. Op basis van het voorgaande kan de rechtbank het college volgen in zijn stelling dat er sprake is van een algemene voorziening en dat die ook passend is voor eiser. Aan de overige gronden van eiser ligt zijn stelling ten grondslag dat er geen sprake is van een passende algemene voorziening. Zoals eerder overwogen is dat niet juist. Die gronden van eiser kunnen daarom evenmin slagen.