Informatie over hoger beroep
Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden.
Digitaal hoger beroep instellen kan via “Formulieren en inloggen” op www.rechtspraak.nl. Hoger beroep instellen kan eventueel ook nog steeds door verzending van een brief aan de Centrale Raad van Beroep, Postbus 16002, 3500 DA Utrecht.
Bijlage: relevante wet en regelgeving
1. Indien naar het oordeel van het college een jeugdige of een ouder jeugdhulp nodig heeft in verband met opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen en voor zover de eigen mogelijkheden en het probleemoplossend vermogen ontoereikend zijn, treft het college ten behoeve van de jeugdige die zijn woonplaats heeft binnen zijn gemeente, voorzieningen op het gebied van jeugdhulp en waarborgt het college een deskundige toeleiding naar, advisering over, bepaling van en het inzetten van de aangewezen voorziening, waardoor de jeugdige in staat wordt gesteld:
a. gezond en veilig op te groeien;
b. te groeien naar zelfstandigheid, en
c. voldoende zelfredzaam te zijn en maatschappelijk te participeren, rekening houdend met zijn leeftijd en ontwikkelingsniveau.
4. Het college houdt bij de bepaling van de aangewezen vorm van jeugdhulp redelijkerwijs rekening met:
a. behoeften en persoonskenmerken van de jeugdige en zijn ouders, en
b. de godsdienstige gezindheid, de levensovertuiging en de culturele achtergrond van de jeugdige en zijn ouders.
Artikel 2.9
De gemeenteraad stelt bij verordening en met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens deze wet in ieder geval regels:
a. over de door het college te verlenen individuele voorzieningen en overige voorzieningen, met betrekking tot de voorwaarden voor toekenning en de wijze van beoordeling van, en de afwegingsfactoren bij een individuele voorziening;
b. over de wijze waarop de toegang tot en de toekenning van een individuele voorziening wordt afgestemd met andere voorzieningen op het gebied van zorg, onderwijs, maatschappelijke ondersteuning, werk en inkomen;
c. de wijze waarop de hoogte van een persoonsgebonden budget als bedoeld in artikel 8.1.1 wordt vastgesteld, en
d. voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van een individuele voorziening of een persoonsgebonden budget, alsmede van misbruik of oneigenlijk gebruik van de wet.
1. Indien de jeugdige of zijn ouders dit wensen, verstrekt het college hun een persoonsgebonden budget dat hen in staat stelt de jeugdhulp die tot de individuele voorziening behoort van derden te betrekken.
2. Een persoonsgebonden budget wordt verstrekt, indien:
a. de jeugdige of zijn ouders naar het oordeel van het college op eigen kracht voldoende in staat zijn tot een redelijke waardering van de belangen ter zake dan wel met hulp uit hun sociale netwerk dan wel van een curator, bewindvoerder, mentor, gemachtigde, gecertificeerde instelling of aanbieder van gesloten jeugdhulp, in staat zijn de aan een persoonsgebonden budget verbonden taken op verantwoorde wijze uit te voeren;
b. de jeugdige of zijn ouders zich gemotiveerd op het standpunt stellen dat zij de individuele voorziening die wordt geleverd door een aanbieder, niet passend achten; en
c. naar het oordeel van het college is gewaarborgd dat de jeugdhulp die tot de individuele voorziening behoort en die de jeugdige of zijn ouders van het budget willen betrekken, van goede kwaliteit is.
3. Bij verordening kan worden bepaald onder welke voorwaarden de persoon aan wie een persoonsgebonden budget wordt verstrekt, de jeugdhulp kan betrekken van een persoon die behoort tot het sociale netwerk.
Verordening Jeugdhulp gemeente Dongen 2023
Artikel 4.2, eerste en derde lid
1. Jeugdigen en/of diens ouders kunnen een aanvraag jeugdhulp in de zin van de Algemene wet bestuursrecht mondeling, telefonisch, schriftelijk of digitaal indienen bij het college.
3. Het college neemt het besluit op een aanvraag uiterlijk binnen 8 weken, waarbij als startdatum het eerste contact als bedoeld in artikel 4.2 lid 1 geldt.
Artikel 5.1, vijfde lid
De persoon aan wie een pgb wordt verstrekt, kan de jeugdhulp onder de volgende voorwaarden betrekken van een persoon die behoort tot het sociale netwerk:
Voor persoonlijke verzorging en begeleiding.
Bij de inzet van een persoon uit het sociale netwerk beoordeelt het college de passendheid van deze inzet.
Deze persoon heeft aangetoond dat de zorg aan de belanghebbende voor hem niet tot overbelasting leidt.
Nadere Regels gemeente Dongen 2020
Paragraaf 5.9
Een jeugdige kan de wens uitspreken om zijn sociale netwerk in te willen zetten. De voorwaarden hiertoe zijn opgenomen in de verordening. Het college is van mening dat de beloning van het sociale netwerk in elk geval beperkt moet blijven tot die gevallen waarin de inzet de gebruikelijke hulp/zorg overstijgt en dit aantoonbaar tot betere en effectievere ondersteuning leidt dan zorg in natura.
Paragraaf 5.11
De jeugdige kan de individuele voorziening betrekken van een informele zorgverlener onder de volgende voorwaarden:
- Het gaat om de individuele voorzieningen persoonlijke verzorging en/of begeleiding;
- De beoogd informeel zorgverlener geeft aan dat de zorg aan cliënt niet leidt tot eigen overbelasting.
De individuele voorziening beschermd wonen mag niet worden uitgevoerd door een informele zorgverlener.