Uitspraak
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie
- de mondelinge behandeling van 2 april 2025
- de pleitnota van [de werknemer]
- de pleitnota van Van Mossel.
3.De feiten
Artikel 1. Beperkende bedingen
4.Het geschil
5.De beoordeling
binnen een straal van 50 kilometer vanaf de vestiging van werkgever waar werknemer regulier werkzaam is”. Tussen partijen is niet in geschil dat de straal tussen Van Mossel [locatie] en [de nieuwe werkgever] 46,39 km bedraagt, oftewel minder dan 50 kilometer. Er zijn vooralsnog geen (voldoende) aanwijzingen dat het geografische bereik van het concurrentiebeding anders uitgelegd moet worden. Daarom gaat de kantonrechter er in dit kort geding van uit dat de werkzaamheden die [de werknemer] bij [de nieuwe werkgever] wil gaan uitoefenen onder het concurrentiebeding vallen.
in verhouding tot het te beschermen belang van de werkgever, de werknemer door dat beding onbillijk wordt benadeeld [1] ”. De kantonrechter oordeelt het op grond van het volgende redenen aannemelijk dat de bodemrechter het concurrentiebeding gedeeltelijk zal vernietigen.
afzetmogelijkheden van een bedrijf op grond van goodwill, bijzondere kennis en inzichten (knowhow) en de zakelijke relaties. [2] ” Volgens Van Mossel heeft [de werknemer] (bijzondere) kennis van haar (aftersales-)werkwijze waardoor bij een overstap van [de werknemer] naar [de nieuwe werkgever] het bedrijfsdebiet van Van Mossel wordt aangetast. Echter, naar het voorlopige oordeel van de kantonrechter heeft Van Mossel de aantasting van haar bedrijfsdebiet onvoldoende aannemelijk gemaakt. Van Mossel heeft gewezen op de kennis die [de werknemer] heeft opgedaan van de bedrijfsstrategie en bedrijfsprocessen van Van Mossel, maar deze kennis is naar het oordeel van de kantonrechter te algemeen en te weinig toegespitst op de functie van [de werknemer] als [functie 2] . Op het gebied van aftersales wijst Van Mossel nog op de kennis die [de werknemer] heeft over het service buddy systeem van Van Mossel, maar hoe dit het bedrijfsdebiet van Van Mossel schendt heeft Van Mossel naar het voorlopige oordeel van de kantonrechter in deze procedure onvoldoende geconcretiseerd. Daarbij is van belang dat het moet gaan om bijzonder kennis. Het is immers gebruikelijk dat een werknemer bij de ene werkgever kennis en ervaring opdoet, die hij bij een volgende werkgever kan gebruiken. Dat is nog niet voldoende om een aantasting van het bedrijfsdebiet aan te nemen. Daarvoor is vereist dat de betreffende werknemer op de hoogte is van essentiële en specifieke informatie die de volgende werkgever kan gebruiken in de concurrentiestrijd met de vorige werkgever. De kantonrechter oordeelt het vooralsnog onvoldoende aannemelijk dat hiervan sprake is.