ECLI:NL:RBZWB:2025:2336
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- T. Peters
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake omgevingsvergunning voor tijdelijke ontsluitingsweg
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 17 april 2025, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening van een vereniging tegen een omgevingsvergunning voor het aanleggen van een tijdelijke ontsluitingsweg afgewezen. De voorzieningenrechter oordeelt dat het verzoek kennelijk ongegrond is en doet uitspraak zonder zitting, zoals toegestaan onder artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De omgevingsvergunning was verleend door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oosterhout op 3 februari 2025, waartegen de vereniging bezwaar had gemaakt.
De voorzieningenrechter concludeert dat de vereniging niet als belanghebbende kan worden aangemerkt in de zin van artikel 1:2 van de Awb, omdat de statuten van de vereniging niet expliciet het behoud of de verbetering van archeologische waarden in het gebied als doelstelling hebben. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af en stelt dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.