Op 24 maart 2025 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een beschikking gegeven in een zaak betreffende de voorlopige ondertoezichtstelling van drie minderjarigen, [minderjarige 1], [minderjarige 2] en [minderjarige 3]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om deze ondertoezichtstelling vanwege ernstige zorgen over de veiligheid en ontwikkeling van de kinderen, die opgroeien in een situatie van huiselijk geweld en alcoholmisbruik door de vader. De ouders zijn met elkaar gehuwd, maar wonen niet samen. De moeder heeft de kinderen onder haar hoede, terwijl de vader problematisch gedrag vertoont, waaronder agressie en alcoholmisbruik. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de situatie van de kinderen acuut en ernstig bedreigd wordt door de omstandigheden waarin zij zich bevinden. Ondanks eerdere pogingen tot hulpverlening in een vrijwillig kader, is gebleken dat de ouders niet in staat zijn om de situatie te verbeteren. De kinderrechter heeft daarom besloten om de kinderen voorlopig onder toezicht te stellen van de Stichting Leger des Heils Jeugdbescherming & Reclassering voor de duur van drie maanden, met ingang van 24 maart 2025. Deze beslissing is genomen om de veiligheid van de kinderen te waarborgen en hen te beschermen tegen verdere schade.