Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
ex artikel 533 van het Wetboek van Strafvordering(Sv) ten laste van de Staat voor een bedrag van:
ex artikel 530 Svten laste van de Staat voor een bedrag van:
- de aantekening van het mondelinge vonnis van de politierechter van 10 december 2024 waarbij verzoekster is vrijgesproken;
- de schriftelijke reactie van de officier van justitie;
- de overige stukken in het raadkamerdossier.
2.De beoordeling
16 dagen in verzekering en voorlopige hechtenisheeft doorgebracht, waarvan 3 op het politiebureau en 13 dagen in het Huis van Bewaring met beperkingen. De LOVS-uitgangspunten gaan uit van een forfaitaire vergoeding van € 130,00 per dag voor het verblijf op het politiebureau of in het Huis van Bewaring met beperkingen of in een extra beveiligde inrichting (EBI) en € 100,00 in de overige gevallen.
€ 2.080,00.
€ 340,00toegekend.
3.De beslissing
€ 2.080,00, bestaande uit de schade wegens ondergane inverzekeringstelling en voorlopige hechtenis;
€ 2.420,00zal worden overgemaakt op [rekeningnummer] ten name van Stichting beheer derdengelden DKW advocaten te Zierikzee, onder vermelding van “ [de verzoekster] 25-002284 en 25-002285”.