Uitspraak
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- de aanvullende producties (producties 12 tot en met 20) van WonenBreburg;
- de mondelinge behandeling van 17 maart 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak vordert WonenBreburg in kort geding ontruiming van de woning die door [huurder] wordt gehuurd, vanwege aanhoudende en ernstige overlast. De gedaagde partij, [huurder], is niet ter zitting verschenen, waardoor verstek is verleend. De kantonrechter heeft de vordering van WonenBreburg toegewezen, onderbouwd door de feiten dat [huurder] zich niet als een goed huurder heeft gedragen en dat er meerdere meldingen van overlast zijn gedaan door omwonenden. De overlast omvatte geluidsoverlast, vernielingen en het delen van privé-informatie op sociale media. De begeleidingsovereenkomst van [huurder] is beëindigd, wat heeft geleid tot de beëindiging van de huurovereenkomst. De kantonrechter oordeelt dat de ontruiming gerechtvaardigd is, gezien het belang van WonenBreburg om een veilige woonomgeving te waarborgen. De kantonrechter heeft de ontruiming binnen acht dagen na betekening van het vonnis bevolen en de proceskosten aan [huurder] opgelegd.