ECLI:NL:RBZWB:2025:1720

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
25 maart 2025
Publicatiedatum
25 maart 2025
Zaaknummer
24/1736
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • S. Hindriks
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de evenementenvergunning en geluidsontheffing voor het evenement 'Free Your Mind' in Bosschenhoofd

In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser over de verleende evenementenvergunning en geluidsontheffing voor het evenement ‘Free Your Mind’ in Bosschenhoofd op 27 april 2023. De burgemeester en het college hebben deze vergunningen verleend op 12 april 2023. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen deze besluiten, wat leidde tot een hoorzitting en een bestreden besluit op 23 november 2023, waarin het bezwaar deels gegrond werd verklaard. De rechtbank heeft het beroep op 30 januari 2025 behandeld, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde en andere betrokkenen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gemeente niet voldoende heeft gemotiveerd waarom is afgeweken van de geluidsnormen die zijn vastgelegd in de Algemene plaatselijke verordening (APV) en het evenementenbeleid. De rechtbank concludeert dat er sprake is van een motiveringsgebrek en een gebrekkige belangenafweging. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit, maar laat de rechtsgevolgen in stand omdat het evenement al heeft plaatsgevonden. De gemeente wordt opgedragen het betaalde griffierecht te vergoeden en de proceskosten van eiser te vergoeden.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Bestuursrecht
zaaknummer: BRE 24/1736

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 25 maart 2025 in de zaak tussen

[eiser] (en elf anderen), uit [plaats 1] , eiser

(gemachtigde: mr. J.J.J. de Rooij),
en

de burgemeester van de gemeente Halderberge en

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Halderberge,
verweerders (hierna gezamenlijk aangeduid als: de gemeente),
(gemachtigde: mr. A.A.A.J. Vrolijk).
Als derde partij neemt aan de zaak deel:
[vergunningshoudster] B.V., te [plaats 2] (vergunninghoudster).

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser over de verleende evenementenvergunning en geluidsontheffing voor het evenement ‘ Free Your Mind ’ in Bosschenhoofd op 27 april 2023.
1.1.
De burgemeester en het college hebben deze evenementenvergunning en geluidsontheffing met de besluiten van 12 april 2023 (primaire besluiten) verleend. Met het bestreden besluit van 23 november 2023 is het bezwaar van eiser deels gegrond verklaard en zijn de besluiten, met een verbeterde motivering, in stand gelaten.
1.2.
De rechtbank heeft het beroep op 30 januari 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiser, bijgestaan door zijn gemachtigde en vergezeld door [naam 1] , [naam 2] (mede indieners beroep) en [naam 3] . Namens de gemeente is de gemachtigde verschenen. Namens derde partij is [naam 4] verschenen.
1.3.
Ter zitting heeft de rechtbank het onderzoek geschorst om de gemeente de gelegenheid te geven om aanvullende stukken in het geding te brengen. De rechtbank heeft deze stukken op 17 februari 2025 ontvangen. Op 21 februari 2025 heeft de rechtbank hierop een reactie van eiser ontvangen.
1.4.
Op 21 maart 2025 heeft de rechtbank het onderzoek gesloten.

Totstandkoming van het besluit

2. Op 23 september 2022 heeft vergunninghoudster een evenementenvergunning aangevraagd voor het houden van het evenement ‘ Free Your Mind ’ op het vliegveld van Breda International Airport, gelegen aan de Pastoor van Breugelstraat 93-01, 4744 RC te Bosschenhoofd en de omliggende wegen dan wel parkeerterreinen.
3. In een advies van 30 maart 2023 heeft de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB) de gemeente geadviseerd over de aangevraagde evenementenvergunning en berekend welke geluidsruimte dit evenement nodig heeft.
4. In de primaire besluiten van 12 april 2023 hebben de burgemeester respectievelijk het college een evenementenvergunning en geluidsontheffing verleend voor het evenement ‘ Free Your Mind ’ in Bosschenhoofd op 27 april 2023. De evenementenvergunning is verleend op grond van artikel 2.25 van de Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Halderberge (APV). De ontheffing is verleend op grond van artikel 4:6 van de APV.
In de evenementenvergunning en de geluidsontheffing is over de grenswaarden van de geluidsniveaus, voor zover hier van belang, het volgende opgenomen:
“Het equivalente geluidniveau vanwege muziekgeluid mag op donderdag 27 april 2023, gemeten over perioden van 5 minuten, ter plaatse van de gevels van de woningen van derden of andere geluidgevoelige bestemmingen niet meer bedragen dan 80 dB(A) en 95 dB(C) tussen 13.00 en 23.00 uur.”
5. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt (ook namens diverse medeondertekenaars). Eiser woont aan [adres] in [plaats 1] , [locatie] .
6. Op 27 april 2023 heeft het evenement plaatsgevonden. De OMWB heeft tijdens het evenement geluidmetingen verricht en naar aanleiding daarvan een meetverslag opgesteld. In dit verslag wordt geconcludeerd dat het evenement op dat moment voldeed aan de geluidgrenswaarden uit de verleende evenementenvergunning.
7. Op 25 oktober 2023 heeft een hoorzitting plaatsgevonden bij de Vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften van de gemeente Halderberge (de commissie). Op diezelfde datum heeft de commissie een advies uitgebracht aan het college.
8. In het bestreden besluit heeft de gemeente, in navolging van het advies van de commissie, de bezwaren van eiser deels gegrond verklaard en de besluiten, met een verbeterde motivering, in stand gelaten. In het bestreden besluit wordt onder meer verwezen naar het advies van 30 maart 2023 van de OMWB voor de belangenafweging. De belangen van de omwonenden zijn volgens de gemeente vertaald in de voorwaarden die aan de vergunning en ontheffing zijn verbonden.

Beoordeling door de rechtbank

9. De rechtbank beoordeelt of de evenementenvergunning en geluidsontheffing voor het evenement op 27 april 2023 op goede gronden zijn verleend. Zij doet dat aan de hand van de beroepsgronden van eiser.
10. De rechtbank is van oordeel dat de evenementenvergunning en geluidsontheffing voor het evenement op 27 april 2023 niet op goede gronden zijn verleend. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Wettelijk kader
10.1.
De voor de beoordeling van het beroep belangrijke wet- en regelgeving is te vinden in de bijlage bij deze uitspraak.
Beroepsgronden
11. Eiser stelt dat de verleende evenementenvergunning en de geluidsontheffing zorgen voor een forse aantasting van zijn woon- en leefklimaat en dat van de andere omwonenden en dat de gemeente geen deugdelijke belangenafweging heeft gemaakt.
12. Eiser voert daartoe allereest aan dat de geluidsnormen te hoog zijn vastgesteld en dat terzake geen kenbare belangenafweging is gemaakt. Dat geldt ook voor de locatie van het muziekpodium (gericht op de omliggende woningen). Er zijn in verband met het geluid volgens eisers verschillende voorschriften denkbaar die in de vergunning kunnen worden opgenomen ter bescherming van de omgeving (bijvoorbeeld permanente geluidmetingen tijdens het evenement en het opstellen van een geluidrapport vooraf).
13. Eiser stelt daarnaast dat er onvoldoende waarborgen zijn om de overlast die van het evenement te verwachten is (en die zich volgens eiser ook heeft verwezenlijkt) tegen te gaan dan wel te beperken. Eiser doelt daarbij op overlast van drugsgebruik en verkeer. De verkeersafwikkeling tijdens het evenement in 2023 was volgens eiser een chaos en de controle op drugsgebruik was onvoldoende.
Procesbelang
14. De rechtbank stelt vast dat eiser het niet eens is met het verlenen van een vergunning voor een evenement in 2023. Dit evenement heeft al plaatsgevonden. Hierdoor komt de vraag op of eiser nog een belang heeft bij deze beroepsprocedure.
15. Op grond van vaste rechtspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) [1] bestaat in beginsel geen belang meer bij een inhoudelijk oordeel over de vraag of een evenementenvergunning verleend had mogen worden, als het evenement al heeft plaatsgevonden. Er kan een uitzondering worden gemaakt als aannemelijk is dat nieuwe besluiten over soortgelijke situaties volgen en het evenement bijvoorbeeld jaarlijks plaatsvindt. Het belang bij een inhoudelijk oordeel over de rechtmatigheid van de verleende vergunning kan dan gelegen zijn in de omstandigheid dat het inhoudelijke oordeel kan worden betrokken bij eventuele toekomstige aanvragen voor een vergunning en de toetsing ervan.
16. De rechtbank is van oordeel dat eiser nog procesbelang heeft bij deze beroepsprocedure. In 2023 werd dit evenement voor het eerst georganiseerd op deze locatie en in 2024 heeft dit evenement op vergelijkbare wijze opnieuw op deze locatie plaatsgevonden. Ter zitting is gebleken dat de vergunningaanvraag voor 2025 reeds door de gemeente is ontvangen. Daarmee staat naar oordeel van de rechtbank voldoende vast dat er sprake is van een jaarlijks terugkerend evenement. Tussen partijen is niet in geschil dat de vergunning voor 2025 vergelijkbaar zal zijn met de vergunning die voor het evenement in 2024 is verleend. De rechtbank overweegt dat, hoewel in 2024 vijf dB (zowel dBA als dBC) minder werd vergund dan in 2023, deze vergunningen voldoende gelijkwaardig zijn, ook omdat in beide gevallen meer werd vergund dan op grond van het beleid is toegestaan. De rechtbank concludeert op grond van het voorgaande dan ook dat een oordeel over de rechtmatigheid van de vergunning uit 2023 nog steeds relevant is voor de toetsing van de vergunningaanvraag voor 2025. De rechtbank zal de beroepsgronden van eiser dan ook inhoudelijk bespreken.
Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Halderberge
17. Tussen partijen is niet in geschil dat op grond van artikel 2:25 van de APV een vergunning nodig is voor het organiseren van dit evenement. Ook is een ontheffing van artikel 4:6 van de APV nodig. Dat artikel bepaalt dat het verboden is buiten een inrichting op een zodanige wijze toestellen of geluidsapparaten in werking te hebben of handelingen te verrichten dat voor een omwonende of voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt. Het college kan van dit verbod afwijken door een ontheffing te verlenen. In beginsel kan het college van deze ontheffingsmogelijkheid gebruik maken op voorwaarde dat het daarbij een goede belangenafweging maakt én voorschriften aan de ontheffing verbindt die geluidsoverlast zo veel mogelijk beperken.
Geluid
18. Uit vaste rechtspraak [2] van de ABRvS volgt dat op objectieve gronden niet valt vast te stellen wanneer een omwonende ten gevolge van een evenement onduldbare geluidhinder ondervindt. Het oordeel of geluidhinder onaanvaardbaar is, is afhankelijk van het antwoord op de vraag of de gemeente aan de belangen die zijn gediend met de activiteit die dat geluid veroorzaakt, redelijkerwijs doorslaggevend gewicht heeft kunnen toekennen.
19. Op grond van artikel 4.4.2. van het in 2023 geldende evenementenbeleid van de gemeente Halderberge (het beleid) wordt er voor vergunningsplichtige evenementen een geluidbelasting van 70 dB(A) en 85 dB(C) op de gevel van woningen van derden en andere gevoelige gebouwen gehanteerd. Ook uit artikel 2:25 van de APV volgt dat dit het maximaal toelaatbare geluidsniveau is.
20. De gemeente heeft aan deze vergunning en de ontheffing (onder meer) de voorwaarde verbonden dat het equivalente geluidniveau vanwege muziekgeluid op donderdag 27 april 2023 gemeten over perioden van vijf minuten, ter plaatse van de gevels van de woningen van derden of andere geluidgevoelige bestemmingen niet meer mag bedragen dan 80 dB(A) en 95 dB(C) tussen 13.00 en 23.00 uur.
21. De rechtbank stelt vast dat de gemeente daarmee dus is afgeweken van het beleid en de APV. Ter zitting heeft de gemeente erkend dat in de primaire besluiten niet is gemotiveerd waarom wordt afgeweken van de maximale geluidsniveaus die zijn opgenomen in het beleid en de APV. In het bestreden besluit heeft de gemeente getracht om dat te herstellen door middel van een verwijzing naar het advies van de OMWB. Dat volstaat naar het oordeel van de rechtbank echter niet. Het advies van de OMWB bevat geen belangenafweging maar enkel een berekening van welk geluidsniveau dit evenement nodig heeft. Het OMWB schrijft in haar advies ook dat de gemeente in het besluit dient te motiveren waarom wordt afgeweken van de geluidsnormen die zijn vastgelegd in het beleid. De gemeente moet in het besluit dus expliciet motiveren waarom in dit geval, in afwijking van het beleid en de APV (dat maximaal 70 dB(A) en 85 dB(C) op de relevante gevels toestaat), een geluidsniveau van 80 dB(A) en 95 dB(C) – en dan ook nog steeds gemeten over perioden van vijf minuten – volgens haar aanvaardbaar is, gelet op de belangen van vergunninghoudster én de omwonenden. Dat de belangen van de omwonenden mogelijk (deels) zijn vertaald in de voorwaarden die aan de vergunning en ontheffing zijn verbonden, is naar het oordeel van de rechtbank niet voldoende.
22. Nu in het bestreden besluit niet wordt gemotiveerd waarom volgens de gemeente kan worden afgeweken van het beleid en de APV, is naar het oordeel van de rechtbank sprake van een motiveringsgebrek en een gebrekkige belangenafweging.
23. Daar komt nog bij dat eiser een akoestische beoordeling van Wematech milieuadviseurs B.V. in het geding heeft gebracht waaruit volgt dat de aan de evenementenvergunning en ontheffing verbonden voorschriften niet voldoen. Zo is de in de voorschriften opgenomen middelingstijd van vijf minuten volgens Wematech te lang. De gemeente dient gelet hierop nader te motiveren waarom de vergunningvoorschriften wel voldoen. De gemeente kon hier desgevraagd ter zitting echter niet op reageren.
Overlast drugs en verkeer
24. Eiser heeft verder gesteld dat de evenementenvergunning niet verleend had mogen worden omdat onvoldoende waarborgen zijn opgenomen om de overlast van drugsgebruik en verkeer te beperken.
25. De rechtbank overweegt dat in de vergunning de volgende voorwaarden zijn opgenomen over verkeer en openbare orde en veiligheid:
“11 . Voor zover het de regeling van het verkeer betreft, ten aanzien van het evenement Free
Your Mmd , dienen er conform het mobiliteitsplan voldoende verkeersregelaars te worden
ingezet. Deze verkeersregelaars dienen te zijn opgeleid en te zijn aangesteld door of
namens de burgemeester van Halderberge op grond van de “Regeling Verkeersregelaars 2009 of in het bezit te zijn van een geldige aanstelling als beroepsverkeersregelaar.
12. noch de organisatie, noch de personen, die daarbij voor regeling of controle aanwezig
zijn, worden door het verlenen van de vergunning in enigerlei opzicht ontheven van hun
wettelijke aansprakelijkheid;
13. de verkeersmaatregelen dienen te worden getroffen in overleg met de opzichter van
Team Realisatie van de gemeente Halderberge; de Organisatie dient te zorgen voor het
houden van voldoende toezicht op en het op de juiste wijze in standhouden van de
geplaatste wegafzettingen;
34. Er dient toezicht te zijn op het verbod van: bezit, dealen en gebruik van drugs. Bij
aantreffen altijd de politie in kennis stellen en de nodige informatie verstrekken. Zie
bijlage voor meer informatie;”
26. De rechtbank volgt eiser niet in zijn stelling dat met deze voorwaarden onvoldoende waarborgen zijn opgenomen om de overlast van drugsgebruik en verkeer te beperken. Daarbij overweegt de rechtbank dat toezicht op de naleving van de vergunningvoorschriften geen betrekking heeft op het voorschrift zelf, maar op de uitvoering daarvan. Dat kan in deze procedure niet aan de orde komen
. [3] Daarbij merkt de rechtbank nog op dat van eiser ook mag worden verwacht overlast in enige mate te dulden, zeker nu het evenement maar één dag duurt en eens per jaar plaatsvindt. [4]

Conclusie en gevolgen

27. De rechtbank concludeert gelet op het voorgaande dat aan het bestreden besluit een motiveringsgebrek kleeft. Het beroep is dus gegrond. De rechtbank zal het bestreden besluit daarom vernietigen.
28. De rechtbank zal de gemeente niet opdragen om een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van eiser en zal de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand laten omdat het evenement al heeft plaatsgevonden. De rechtbank dringt er bij de gemeente wel op aan om deze uitspraak in acht te nemen bij het besluit op de aanvraag voor de evenementenvergunning en geluidsontheffing voor het evenement in 2025.
29. Omdat de rechtbank het beroep gegrond verklaart, moet de gemeente aan eiser het door hem betaalde griffierecht vergoeden.
30. Ook zal de rechtbank de gemeente veroordelen in de door eiser gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op
€ 1.814,- (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 1 punt voor het verschijnen ter zitting, met een waarde per punt van € 907,‑ en wegingsfactor 1).

Beslissing

De rechtbank:
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- laat de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand;
- draagt de gemeente op om het betaalde griffierecht van € 187,- aan eiser te vergoeden;
- veroordeelt de gemeente in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.814,-.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S. Hindriks, rechter, in aanwezigheid van mr. C.F.E.M. Mes, griffier, op 25 maart 2025 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden.

Bijlage: voor deze uitspraak belangrijke wet- en regelgeving

Algemene plaatselijke verordening gemeente Halderberge (APV):
Artikel 2:25 Evenement
1. Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren.
(…)
3. Geen vergunning is vereist voor een evenement, indien:
a. het aantal aanwezigen niet meer bedraagt dan 250 personen;
b. het evenement tussen 9.00 en 24.00 uur plaats vindt;
c. geen muziek ten gehore wordt gebracht voor 09.00 uur of na 23.00 uur en op zondag voor 13.00 uur of na 23.00 uur;
d. het maximaal toelaatbare geluidsniveau van 70 dB(A) en 85 dB(C) op de gevels van omringende woningen niet wordt overschreden;
e. het evenement geen belemmering vormt voor het verkeer en de hulpdiensten;
f. slechts kleine objecten worden geplaatst met een oppervlakte van minder dan 50 m2 per object en zich hier minder dan 50 personen gelijktijdig in/op verblijven;
g. er een organisator is; en
h. de organisator ten minste 14 dagen voorafgaand aan het evenement daarvan melding heeft gedaan aan de burgemeester;
i. (…)
4. De burgemeester kan binnen 14 dagen na ontvangst van de melding besluiten een evenement als bedoeld in lid 3 te verbieden dan wel daaraan nadere voorwaarden verbinden, als er aanleiding is te vermoeden dat door het evenement de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.
5. Het college kan nadere regels stellen in het belang van de openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid en het milieu.
(…)
Artikel 4:6 Overige geluidhinder
1. Het is verboden buiten een inrichting op een zodanige wijze toestellen of geluidsapparaten in werking te hebben of handelingen te verrichten dat voor een omwonende of voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt.
2. Het college kan ontheffing verlenen van het verbod.
(…)
Evenementenbeleid Evenementen in Halderberge (het beleid)
4.4.2.
Geluidnormen
Uitgangspunt vormt de te verwachten geluidsbelasting op de gevel van geluidsgevoelige bestemmingen in de omgeving. (…) Bij een geluidsbelasting van 70dB(A) op de gevel van woningen van derden en andere bebouwing geldt in beginsel een geluidsbelasting van 85 dB(C) op de gevel van woningen van derden en andere gevoelige voor vergunningsplichtige evenementen. (…)
Handboek Evenementen in Halderberge (ter aanvulling op APV en het beleid)
3.2.
Geluid
In beginsel wordt er een geluidbelasting van 70 dB(A) en 85 dB(C) op de gevel van woningen van derden en andere gevoelige gebouwen gehanteerd. Dit geldt voor vergunningsplichtige evenementen. (…)

Voetnoten

1.ABRvS 20 juli 2011, ECLI:NL:RVS:2011:BR2324 en ABRvS 23 januari 2019, ECLI:NL:RVS:2019:164.
2.ABRvS 23 september 2020, ECLI:NL:RVS:2020:2277, ABRvS 15 mei 2019, ECLI:NL:RVS:2019:1566 en ABRvS 11 mei 2016, ECLI:NL:RVS:2016:1245.
3.ABRvS 8 maart 2023, ECLI:NL:RVS:2023:959 (r.o. 7.2).
4.Zie ook rechtbank Gelderland 14 december 2022, ECLI:NL:RBGEL:2022:6960 (r.o. 16.1).