ECLI:NL:RBZWB:2025:1524

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
26 februari 2025
Publicatiedatum
17 maart 2025
Zaaknummer
23/10175 WLZ
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Weigering Wlz indicatie voor jeugdige met ASS en ADHD

In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Zeeland-West-Brabant het beroep van eiseres, een jeugdige met een autismespectrumstoornis (ASS) en ADHD, tegen de weigering van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) om een indicatie voor de Wet langdurige zorg (Wlz) te verlenen. De aanvraag voor een Wlz-indicatie werd door het CIZ afgewezen op basis van een medisch advies dat stelde dat de zorgbehoefte van eiseres niet blijvend kon worden vastgesteld. Eiseres, die sinds haar vierde jaar zorg en begeleiding ontvangt, woont momenteel in een 24-uurs zorginstelling, gefinancierd vanuit de Jeugdwet. De rechtbank heeft de zaak op 5 februari 2025 behandeld, waarbij de gemachtigde van eiseres en de gemachtigde van het CIZ aanwezig waren.

De rechtbank concludeert dat het CIZ terecht heeft vastgesteld dat de zorgbehoefte van eiseres op dit moment niet blijvend is. De rechtbank wijst erop dat een Wlz-indicatie levenslang geldig is en dat de wet vereist dat de zorgbehoefte blijvend moet zijn. De rechtbank oordeelt dat, hoewel eiseres momenteel 24 uur per dag zorg nodig heeft, niet kan worden uitgesloten dat haar situatie in de toekomst verbetert. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en stelt dat eiseres geen recht heeft op terugbetaling van griffierechten of vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar gemaakt op 25 februari 2025.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: BRE 23/10175 WLZ

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 25 februari 2025 in de zaak tussen

[eiseres], uit [plaats], eiseres
gemachtigde: P.G.C. Boekestijn, wettelijk vertegenwoordiger,
en

Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ), verweerder,

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep dat namens eiseres ([eiseres]) is ingesteld over de toegang tot de Wet langdurige zorg (Wlz).
1.1.
Het CIZ heeft de aanvraag voor een Wlz indicatie met het besluit van 1 maart 2023 (primair besluit) afgewezen. Met het bestreden besluit van 13 september 2023 heeft het CIZ het bezwaar dat namens [eiseres] is ingediend ongegrond verklaard.
1.2.
Het CIZ heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
1.3.
De rechtbank heeft het beroep op 5 februari 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van eiseres, vergezeld van [naam] en als gemachtigde van het CIZ mr. L.M.R. Kater.

Totstandkoming van het besluit

2. Namens [eiseres], geboren op 26 mei 2008, is een aanvraag ingediend voor zorg op grond van de Wlz. [eiseres] is bekend met een autismespectrumstoornis (ASS) met kenmerken van Multiple complex Development Disorders (McDD) en met Attention Deficit Hyperactivity Disorder (ADHD). [eiseres] functioneert op een beneden gemiddeld niveau. [eiseres] heeft van jongs af aan al gedragsproblemen die zich uiten in hevige boze buien. Zij krijgt sinds haar vierde jaar gedragsmedicatie, zorg en begeleiding. [eiseres] woont sinds augustus 2023 in 24 uurs zorginstelling Tragel, hetgeen wordt vergoed vanuit de Jeugdwet.
Het CIZ heeft naar aanleiding van de aanvraag dossieronderzoek verricht en een medisch advies gevraagd. Medisch adviseur van het CIZ, [medisch adviseur 1], heeft op 21 februari 2023 een rapport uitgebracht. Volgens de medisch adviseur is bij [eiseres] de grondslag psychische stoornis van toepassing en deze geeft onder de 18e leeftijd geen toegang tot de Wlz. Vervolgens is het primaire besluit genomen. In de bezwaarprocedure is een advies uitgebracht door een andere medisch adviseur van CIZ, [medisch adviseur 2], op 21 juli 2023, aangevuld op 21 februari 2024. Zij concludeert dat naast de grondslag psychische stoornis ook de grondslag verstandelijke handicap aanwezig is, dat er een noodzaak is voor 24 uur per dag zorg in de nabijheid maar dat niet kan worden vastgesteld dat deze noodzaak blijvend is. Vervolgens is het bestreden besluit genomen.

Beoordeling door de rechtbank

3. De rechtbank beoordeelt of het CIZ een juist besluit heeft genomen door de aanvraag voor Wlz zorg voor [eiseres] af te wijzen. Zij doet dat aan de hand van de beroepsgronden.
4. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
4.1.
De voor de beoordeling van het beroep belangrijke wet- en regelgeving is te vinden in de bijlage bij deze uitspraak.
5.
Beroepsgronden.
Namens [eiseres] wordt, samengevat en voor zover relevant, aangevoerd dat het standpunt van CIZ dat [eiseres] de komende jaren nog kan ontwikkelen en de 24 uurs zorg mogelijk zal ontgroeien niet realistisch is. Vanaf haar 4e jaar ontvangt [eiseres] veel zorg en ondersteuning. Er is vanuit opvoeding, zorg en school al die jaren in haar geïnvesteerd en tot nu toe heeft dat niet geleid tot grote stappen richting zelfredzaamheid, wat somber stemt over de blijvende zorgbehoefte. Verder wordt aangevoerd dat in bezwaar, anders dan CIZ stelt, nieuwe informatie is verstrekt, namelijk over de plaatsing van [eiseres] in een 24 uurs instelling. CIZ erkent wel dat [eiseres] deze zorg nodig heeft, maar heeft een reden gezocht om de Wlz indicatie te weigeren. [eiseres] voldoet aan alle eisen voor langdurige zorg. Ter zitting is namens [eiseres] toegelicht dat een Wlz indicatie veel rust zal brengen omdat de zorg na de 18e verjaardag dan ook goed geregeld is.
6.
Overwegingen.
6.1
Aanvankelijk was door CIZ alleen de grondslag psychische stoornis vastgesteld, omdat het verminderd cognitief functioneren was beoordeeld als zijnde een gevolg van de psychische problematiek. De daartegen gerichte beroepsgrond behoeft echter geen bespreking, aangezien CIZ in bezwaar alsnog heeft vastgesteld dat ook sprake is van een grondslag verstandelijke handicap.
6.2
Het CIZ heeft daarnaast vastgesteld dat bij [eiseres] momenteel sprake is van een medische noodzaak voor 24 uur toezicht in de nabijheid om ernstig nadeel voor haarzelf te voorkomen. Dit ernstig nadeel zit hem in fysiek letsel als gevolg van haar agressie, isolatie, maatschappelijke teloorgang, het onvoldoende tot ontwikkeling komen, angst en paniek bij gebrek aan nabijheid en verwaarlozing van zichzelf en haar leefomgeving. Het is voor [eiseres] tot nu toe, ondanks intensieve behandeling en begeleiding vanuit zorg, onderwijs en opvoeding, niet mogelijk gebleken om haar emoties dusdanig te leren reguleren dat zij adequaat hulp kan afwachten zonder dat ernstig nadeel (paniek, agressie, ondoordachte actie) optreedt. Dat blijvend in ieder geval enige vorm van zorg nodig zal zijn wordt door CIZ dan evenmin betwist. Er kan volgens het CIZ echter nu nog niet met zekerheid gesteld worden dat [eiseres] blijvend is aangewezen op 24 uur per dag zorg in de nabijheid.
6.3
De rechtbank stelt voorop dat een Wlz indicatie in beginsel levenslang geldig is, terwijl met een Wlz indicatie geen zorg meer kan worden ontvangen vanuit andere zorgwetten. Daarom stelt de wet als een van de toegangsvoorwaarden dat de betreffende zorgbehoefte blijvend is. Naar het oordeel van de rechtbank heeft het CIZ – onder verwijzing naar de medische adviezen – afdoende gemotiveerd dat het op dit moment nog te vroeg is om een definitieve uitspraak te doen over de blijvendheid van de zorgbehoefte aangezien niet kan worden uitgesloten dat [eiseres] nog stappen kan zetten in haar ontwikkeling. Daarbij wordt het volgende in aanmerking genomen.
6.4
[eiseres] is opnieuw aangemeld bij de basis GGZ (Emergis) voor behandeling. Volgens de medisch adviseur (zie het advies van 29 januari 2025) is het daarnaast zinvol om zich te wenden tot een centrum met uitgebreide expertise op het gebied van de combinatie van een licht verstandelijk niveau en psychiatrie of meer specifiek ASS bij jeugdigen. Te denken valt aan onder meer Accare, Koraal, Karakter of het Leo Kannerhuis gericht op ASS. Ook het aangaan van een traject waarin multidisciplinaire behandeling en dagelijkse structuur en ondersteuning worden gecombineerd kan worden overwogen. Pas als diagnostiek en benodigde behandeling ten aanzien van de psychiatrische aandoeningen is verricht op het juiste deskundigheidsniveau kan volgens de medisch adviseur een zuivere inschatting worden gemaakt van het cognitief en adaptief vermogen van [eiseres]. Zij heeft ondanks haar psychiatrische problematiek een VSO niveau behaald en dit laat zien dat er een bepaalde leerbaarheid bestaat. [eiseres] zal ook na behandeling bepaalde beperkingen en stoornissen behouden, maar de aard en mate hiervan is nog niet goed vast te stellen gezien de problematiek op meerdere vlakken. Verder wijst de medisch adviseur erop dat [eiseres] nog jong is en dat adaptieve vaardigheden nog tot het 25e levensjaar door kunnen ontwikkelen.
6.5
De beroepsgrond dat [eiseres] vanaf haar 4e jaar veel zorg en ondersteuning heeft ontvangen maar dat dat tot nu toe niet heeft geleid tot grote stappen richting zelfredzaamheid, leidt niet tot een andere conclusie. De rechtbank vindt het aannemelijk dat [eiseres] door de aard van haar aandoeningen gedurende haar gehele leven begeleiding en ondersteuning nodig zal hebben. De rechtbank beseft dat dit veel van de ouders en verzorgers vergt. Gelet op de nog bestaande mogelijkheden voor verbetering kan op dit moment echter nog niet worden vastgesteld dat zij levenslang is aangewezen op 24 uur per dag zorg in de nabijheid. Niet kan worden uitgesloten dat haar zorgbehoefte kan verminderen. Voor [eiseres] geldt dat op dit moment zorg vanuit de Jeugdwet kan worden verleend (en ook daadwerkelijk wordt verleend).
6.6
Het CIZ heeft daarom terecht – op dit moment – de toegang tot de Wlz geweigerd. Het beroep zal ongegrond worden verklaard.
6.7
Ten overvloede wijst de rechtbank erop dat de indicatie voor beschermd wonen op grond van de Jeugdwet kan worden verlengd voor jongeren tussen de 18 en 23 jaar met een lichte verstandelijke beperking en psychische klachten, zoals [eiseres]. Daarna, of eerder als [eiseres] is uitbehandeld kan opnieuw een Wlz indicatie worden aangevraagd.

Conclusie en gevolgen

7. Het beroep is ongegrond. Eiseres krijgt daarom het griffierecht niet terug. Zij krijgt ook geen vergoeding van haar proceskosten.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.W. Ponds, rechter, in aanwezigheid van mr. T.B. Both-Attema, griffier, op 25 februari 2025 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl .
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden.
Digitaal hoger beroep instellen kan via “Formulieren en inloggen” op www.rechtspraak.nl. Hoger beroep instellen kan eventueel ook nog steeds door verzending van een brief aan de Centrale Raad van beroep, Postbus 16002, 3500 DA Utrecht.

Bijlage: voor deze uitspraak belangrijke wet- en regelgeving

Wet langdurige zorg (Wlz)
Artikel 3.2.1, eerste lid, van de Wlz
Een verzekerde heeft recht op zorg die op zijn behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden is afgestemd voor zover hij naar aard, inhoud en omvang en uit een oogpunt van doelmatige zorgverlening redelijkerwijs op die zorg is aangewezen omdat hij, vanwege een somatische of psychogeriatrische aandoening of beperking, een psychische stoornis of een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap, een blijvende behoefte heeft aan:
a. permanent toezicht ter voorkoming van escalatie of ernstig nadeel voor de verzekerde, of
b. 24 uur per dag zorg in de nabijheid, omdat hij zelf niet in staat is om op relevante momenten hulp in te roepen en hij, om ernstig nadeel voor hem zelf te voorkomen,
1°. door fysieke problemen voortdurend begeleiding, verpleging of overname van zelfzorg nodig heeft, of
2°. door zware regieproblemen voortdurend begeleiding of overname van taken nodig heeft.
Artikel 3.2.1, tweede lid, aanhef en onder a van de Wlz
Onder blijvend wordt verstaan: van niet voorbijgaande aard.