ECLI:NL:RBZWB:2025:1373

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
25 februari 2025
Publicatiedatum
11 maart 2025
Zaaknummer
02-224975-22
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging bijzondere voorwaarden voorwaardelijke sanctie in strafzaak

In deze zaak heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant op 25 februari 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een veroordeelde, die eerder een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 18 maanden voorwaardelijk, opgelegd had gekregen. De officier van justitie heeft gevorderd om de bijzondere voorwaarden van de voorwaardelijke straf te wijzigen, zoals geadviseerd door de reclassering. Tijdens de zitting zijn de officier van justitie, de veroordeelde en zijn raadsman, mr. W.H.F.L. Rademakers, gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veroordeelde zich moet laten opnemen in een Forensische Psychiatrische Afdeling, met een maximale opname van 2 jaar, of korter indien de reclassering dat nodig acht. De verdediging heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank en de veroordeelde heeft aangegeven akkoord te zijn met de wijziging van de voorwaarden. De rechtbank is van oordeel dat de wijziging van de bijzondere voorwaarden in het voordeel van de veroordeelde is en heeft de voorwaarden dienovereenkomstig aangepast. De beslissing is genomen in aanwezigheid van de griffier, mr. S.B.H. van Overveld, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Strafrecht
Zittingsplaats Breda
parketnummer: 02-224975-22
beslissing op de vordering aanpassing voorwaardelijke sanctie
in de strafzaak tegen de veroordeelde:
[veroordeelde]
geboren op [geboortedag] 1997 te [geboorteplaats]
verblijvende in [kliniek] aan [adres]
raadsman mr. W.H.F.L. Rademakers, advocaat te Dongen

1.De procedure

De officier van justitie heeft gevorderd de bijzondere voorwaarden van de aan de veroordeelde opgelegde straf te wijzigen.
De procedure blijkt onder meer uit de volgende stukken:
- het vonnis van de meervoudige kamer van 17 maart 2023;
- de beslissing van de rechtbank op de vordering tot wijziging van de bijzondere voorwaarden van 23 februari 2024;
- het advies van de reclassering van 30 januari 2025.
Tijdens het onderzoek ter terechtzitting van 25 februari 2025 zijn de officier van justitie, mr. S.A.J. Louwers, de veroordeelde en zijn raadsman gehoord. Ook is gehoord [reclasseringswerker], toezichthouder bij Reclassering Nederland.

2.Het oorspronkelijke vonnis

Aan veroordeelde is bij het hiervoor vermelde vonnis een gevangenisstraf van 36 maanden, met aftrek, waarvan 18 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar opgelegd. Hierbij zijn bijzondere voorwaarden gesteld.
Bij beslissing de rechtbank van 23 februari 2024 is daaraan de volgende bijzondere voorwaarde toegevoegd:
Dat veroordeelde zich laat opnemen in een Forensische Psychiatrische Afdeling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De opname start aansluitend aan de huidige detentie. De opname duurt maximaal 1 jaar of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt.

3.De beoordeling

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie vordert de wijziging van de bijzondere voorwaarden zoals is geadviseerd door de reclassering.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging refereert zich aan het oordeel van de rechtbank. Veroordeelde heeft aangegeven dat hij graag verder behandeld wil worden en daarom akkoord is met de gevorderde wijziging.
3.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat de bijzondere voorwaarde moet worden gewijzigd zoals door de reclassering wordt geadviseerd. Het is ook in het voordeel van de veroordeelde dat de voorwaarde wordt gewijzigd.

4.De beslissing

De rechtbank
wijzigt de bijzondere voorwaarde, toegevoegd bij beslissing van de rechtbank van 23 februari 2024, en bepaalt dat de voorwaarde na wijziging als volgt komt te luiden:
Opname in een zorginstelling
Betrokkene laat zich opnemen in [kliniek] of een soortgelijke zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De opname is reeds gestart. De opname duurt maximaal 2 jaar of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Betrokkene houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt. Als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, werkt betrokkene mee aan de indicatiestelling en plaatsing.
Deze beslissing is gewezen door mr. T.M. Brouwer, voorzitter, mr. C.E.M. Marsé en
mr. J.F.C. Janssen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S.B.H. van Overveld, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 25 februari 2025.