Op 11 maart 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich op 13 november 2024 schuldig heeft gemaakt aan winkeldiefstal. De verdachte, geboren in 1982 en thans gedetineerd in het Detentiecentrum Rotterdam, was niet verschenen op de zitting van 25 februari 2025, maar zijn raadsman was wel aanwezig. De officier van justitie, mr. M. Poirters, heeft de diefstal wettig en overtuigend bewezen geacht, terwijl de verdediging geen bewijsverweer heeft gevoerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de tenlastelegging geldig was en dat de officier van justitie ontvankelijk was in de vervolging. De rechtbank heeft de diefstal bewezen verklaard op basis van aangifte en camerabeelden van de Jumbo Supermarkt.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een ISD-maatregel van twee jaar, zonder aftrek van voorarrest, en heeft de vorderingen tot tenuitvoerlegging van eerdere voorwaardelijke straffen afgewezen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet in staat was om zich aan voorwaarden te houden en dat eerdere interventies geen effect hadden gehad op zijn gedrag. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de ISD-maatregel noodzakelijk is om de samenleving te beschermen tegen recidive en om de verdachte te helpen bij gedragsverandering. De beslissing is gebaseerd op de artikelen 38m, 38n en 310 van het Wetboek van Strafrecht.