ECLI:NL:RBZWB:2024:926

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
14 februari 2024
Publicatiedatum
16 februari 2024
Zaaknummer
C/02/418984 / FA RK 24/633
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • M. van de Poll
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van verzoek tot voortzetting van crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 14 februari 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, een beschikking gegeven in een rekestprocedure met zaaknummer C/02/418984 / FA RK 24/633. De zaak betreft een verzoek van de officier van justitie tot verlenging van een crisismaatregel, zoals bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van een betrokkene die in een accommodatie verblijft. Het procesverloop toont aan dat het verzoekschrift op 12 februari 2024 is ingediend, waarin de officier van justitie verzocht om voortzetting van de op 10 februari 2024 opgelegde crisismaatregel. Bij het verzoekschrift zijn diverse bijlagen gevoegd, waaronder een afschrift van de beschikking van de burgemeester en medische verklaringen.

Echter, op 13 februari 2024 heeft de officier van justitie het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel ingetrokken. Hierdoor was er geen noodzaak voor de rechtbank om het verzoek te beoordelen. De rechtbank heeft in haar beslissing vastgesteld dat, nu het verzoek is ingetrokken, er geen verdere beoordeling of beslissing meer nodig was. De rechtbank heeft daarom het verzoek afgewezen. De beschikking is openbaar uitgesproken door rechter M. van de Poll, in aanwezigheid van griffier mr. De Haas, op 14 februari 2024. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team Familie- en Jeugdrecht
Locatie Middelburg
Zaaknummer: C/02/418984 / FA RK 24/633
Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel
Beschikking van 14 februari 2024van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot verlenging van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedag] 1971 te [geboorteplaats],
wonende te [woonadres],
thans verblijvende in de accommodatie Stichting Emergis te [plaats],
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. W. van der Sande te Goes.

1.Procesverloop

1.1
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift van 12 februari 2024, ingekomen ter griffie op 12 februari 2024, waarin de officier van justitie heeft verzocht om voortzetting van de op 10 februari 2024 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- een afschrift van de beschikking van de burgemeester van de gemeente Goes tot het nemen van de crisismaatregel van 10 februari 2024;
- de medische verklaring van 10 februari 2024;
- het episode journaal van 10 februari 2024;
- het informatierapport Wvggz van 9 februari 2024;
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wvggz;
- een afschrift van de justitiële documentatie.

2.Verzoek

2.1
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor betrokkene te verlenen.

3.Beoordeling

3.1
Bij brief van het OM, arrondissementsparket Zeeland-West-Brabant, van 13 februari 2024 heeft de officier van justitie het ingediende verzoekschrift tot voortzetting van de crisismaatregel ten behoeve van betrokkene van 12 februari 2024 ingetrokken.
3.2
Nu de officier van justitie het verzoek heeft ingetrokken, behoeft het verzoek geen beoordeling en beslissing meer van de rechtbank. De rechtbank zal het verzoek daarom afwijzen.
3.3
Het vorenstaande leidt tot de volgende beslissing.

4.Beslissing

De rechtbank:
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is in het openbaar uitgesproken door mr. Van de Poll, rechter, in tegenwoordigheid van mr. De Haas als griffier op 14 februari 2024.

Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.