Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
1.[opdrachtgever 1] ,
2.
[opdrachtgever 2],
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- de akte van [opdrachtgevers] met producties 5 en 6,
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling
- Tussen partijen staat vast dat [opdrachtnemer] verschillende werkzaamheden heeft verricht ten behoeve van de voorgenomen ruilovereenkomst. [opdrachtnemer] heeft met ASR onderhandeld over de aankoop van het perceel in [plaats 3] en de verkoop van het perceel in [plaats 4] . [opdrachtnemer] heeft de concept ruilovereenkomst opgesteld en partijen hebben met elkaar gecommuniceerd over de tekst van dit concept. [opdrachtgevers] hebben deze ruilovereenkomst niet ondertekend.
- Het vinden van een koper voor het perceel in [plaats 3] van [opdrachtgevers] heeft [opdrachtnemer] weinig moeite gekost. Aan het begin van de totstandkoming van de overeenkomst, in september 2021, was tussen partijen al duidelijk dat ASR interesse had in het perceel in [plaats 3] .
- Na de intrekking van de opdracht heeft [opdrachtnemer] geen werkzaamheden meer verricht voor [opdrachtgevers] . In de periode tussen de intrekking en de eigendomsoverdracht van de gronden van ruim 14 maanden hebben [opdrachtnemer] en [opdrachtgevers] (en hun kinderen) geen contact met elkaar gehad over de totstandkoming van een ruilovereenkomst. De twee koopovereenkomsten en de notariële leveringsakte van oktober 2022 zijn zonder bemoeienis van [opdrachtnemer] opgesteld en ondertekend.
- De rechtbank volgt [opdrachtnemer] niet in haar stelling dat zij 2/3 van de package deal heeft gerealiseerd. De verwijzing van [opdrachtnemer] naar 2/3 deel ziet op het aantal percelen waarop de ruilovereenkomst betrekking had (3 percelen) en op het aantal percelen waarop de bemiddeling door [opdrachtnemer] betrekking had (2 percelen). De rechtbank acht deze omschrijving niet de juiste manier om uit te drukken hoeveel inspanning [opdrachtnemer] heeft verricht. Zoals [opdrachtgevers] hebben verklaard ter zitting, hebben zij [opdrachtnemer] ingeschakeld om vervangende grond in West-Brabant te vinden. De nadruk van de werkzaamheden voor [opdrachtnemer] lag voor [opdrachtgevers] aldus op het vinden van vervangende vergelijkbare grond. Als je kijkt naar die werkzaamheden, dan hebben de werkzaamheden van [opdrachtnemer] weinig concreets opgeleverd. [opdrachtnemer] heeft een paar voorstellen gedaan, maar [opdrachtgevers] hebben ter zitting aangegeven dat dit 1 keer tot een bezichtiging heeft geleid. [opdrachtgevers] hebben van deze werkzaamheden geen voordeel gehad. Verder was het perceel van ASR in [plaats 4] , dat voor [opdrachtgevers] wel geschikt was voor een ruil, al in de verkoop bij ASR toen [opdrachtnemer] met [opdrachtgevers] een bemiddelingsovereenkomst sloot.
- [opdrachtnemer] voert terecht aan dat zij ten behoeve van de verkoop van het perceel in [plaats 3] met ASR heeft onderhandeld over de waarde van de grond per hectare en dat die grondprijs bij de ruil in 2022 behouden is gebleven. [opdrachtgevers] hebben in die zin voordeel gehad van de inspanningen van [opdrachtnemer] . Daar staat tegenover dat [opdrachtnemer] voor de ruil die eind 2022 heeft plaatsgevonden van ASR al courtage heeft ontvangen. Hierdoor zijn naar het oordeel van de rechtbank de werkzaamheden die zijn verricht door [opdrachtnemer] al voldoende vergoed.